| Notities persoon | lakenkoper te Donkerbroek (1663).
2 juni 1649 Hendrik Egberts te Donkerbroek als erfgenaam van zijn twee kinderen bij wijlen zijn vrouw Maijcke Jacobs verwekt
8 augustus 1650 Hendrick Egberts lakenkoper te Donkerbroek als erfgenaam van zijn kind bij wijlen Maicke Jacobs en Jacob Andries en Arentie Beerns te Beetsterzwaag onder verwijzing naar een uitspraak van het Gerecht dd 2 juni 1649. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, sententieboeken, inv. nr. 47 folio 128 en 165, foto 67 en 85).
21 augustus 1649 [eerste proclamatie] Hendrijck Egberts en Trijntje Hendrijcks doen proclameren de aankoop van een Huis met land te Donkerbroek in koop verkregen van mr. Foppe Hessels voor de som van 100 caroli guldens. (bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, proclamatieoeken, inv. nr. 42 foto 65, folio 65).
23 april 1650 [eerste proclamatie] Hendrick Egberts en Trijntien Hendrijcx doen proclameren een half erve land met het halve huis en schapenhok gelegen in Donkerbroek strekkende van de Veenscheiding tot aan de Cuinder mandelig met Anne Lentsedr. laatst weduwe van Claas Kuijper gelijk door Egbert Jan Thijs en vrouw in gebruik zijnde. In koop verkregen van Lambert Lentses en Geertien zijn vrouw voor de som van 890 philip guldens
(bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, proclamatieoeken, inv. nr. 42 foto 65, folio 65).
17 februari 1652 [eerste proclamatie] Hendrick Egberts Coopman en Trijntien Hendrijx doen proclameren de aankoop van verkopers gerechtigheid in een huis met schuur, appelhof en bomen en plantagie, gelegen te Donkerbroek, mandelig met de andere parten door de proclamanten in eigendom hebbende, gekocht van Thoenis Hessels die het van zijn vader heeft geërfd, voor 100 gg (bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, proclamatieoeken, inv. nr. 42 foto 131, folio 131).
30 mei 1650 mr. Allart Egberts en zijn broer Hendrick Egberts protesteren tegen de verkoop van land in Sierd Gauckes zate te Uredorp door Brugt Ites, die dit land in wandelkoop had verkregen van Lambert Gauckes. Er rustte namelijk hypotheek op het te verkopen land (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 112 folio 156, foto 79).
9 december 1659 Hendrik Egberts lakenkoper te Donkerbroek accuusseert Aeble Hannes (bron: archief Nedergerecht Opsterland, sententieboeken, inv. nr. 47 foto 310).
20 maart 1662 Antie van Andringa koopt van Assel Egberts gehuwd met Jan Jansen Brouwer te Rottevalle een negende part van het huis van wijlen haar vader Egbert Hendriks en bijbehorende landerijen gelegen te Siegerswolde, hetselver thans door Lieuwe Bookes voor het meerdergedeelte in gebrui, in ruil voor zeker 5 morgen veen te Rottevalle in waarde geschat op 1100 goudguldens met daarbovenop nog een zilveren beker ter waarde van een gouden dukaat. Kantlijn: Kollum, Hendrik en Tije Egberts en Lieuwe Boockes als voogd van zijn vrouw Antie Egberts te Siegerswolde protesteren tegen de verkoop van het huis en de sathe eertijds door Egbert Hendricks gebruikt en zou overgedragen zijn aan Jan Jansen Madhuijsen de Jonge [ook Brouwer] 10 april 1662. 4 december 1662 afgedaan? (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 115 folio 621, foto 332). Het protest heeft kennelijk niets uitgemaakt. In de recesboeken van Opsterland staat namelijk op 27 januari 1669 te lezen : Lieuwe Boockes protesteert effecten van opzegging huur van een sathe zoals hij deze in gebruik heeft van Juffr. Andringa (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 21 foto 158). En op 28 oktober 1673 wordt Lieuwe Boockes voor het gerecht van Opsterland gedaagd door Juffrouw van Andringa vanwege achterstallige landhuur (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 21 foto 293).
18 februari 1663 Lieuwe Boockes en Antie Egberts te Siegerswoude verklaren gekocht te hebben zekere negende part van een zate land te Siegerswoude, met evenredig deel van huis, schuur, bomen en tuin, en landerijen, strekkende van de Veenscheiding tot het Koningsdiep, verkopers en kopers vaders voormalige huis en aangeërfd aan Hendrick Egberts lakenkoper te Donkerbroek voor 1300 caroli guldens maar daarbij ook nog met twee gouden en 4 zilveren dukaten, te betalen over 3 jaar, in 3 gelijke delen, telkens per 1 mei te betalen (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 116 folio 104).
7 oktober 1664 Barthold van Brandenbrurg koopman en gemeensman tot Kampen, crediteur van koopman Hendrick Egberts protesteert tegen de verkoop van een perceel marsland In Siegerswoude aan Regnerus van Buyten practicijn binnen Kollum als voormomber over wijlen Allert Egberts weeskinderen en ten profijte van deselve tegen de verkoop, hebbende de kopers en Lieuwe Boockes cs ten oosten en de Patroon van Siegerswoude ten westen, strekkende van het Koningsdiep tot aan de Venne, zijnde ieder oort bezwaard met een oort floreentrente. Ten oosten wijlen Egbert Hendricks erfgenamen toebehorend land. Verkopers zijn Hendrick Egberts en Trijntje Hendriks echtelieden wonende te Donkerbroek (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 116 folio 354 foto 186).
7 februari 1665 Hendrick Egberts koopman, voor zichzelf en als man en voogd voor Trijntie Hendriks belooft te betalen aan Augustinus Lijcklama á Nijeholt oud Grietman 400 philip guldens schuld met de intrest volgens obligatie dd 6 mei 1659 en een obligatie van 200 philip guldens dd 10 mei 1657 en 7 juni 1656 groot 150 philip guldens. En tenslotte een obligatie van 5 augustus 1639 100 philips guldens ten laste van wijlen Pieter Hessels en zijn vrouw gepasseerd ten gunste van Berent Jacobs cum uxore in de loop der tijden in handen gekomen van Augustinus Lijcklama á Nijeholt (bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, recesboeken, inv. nr. 7 foto 68 folio 066).
13 juni 1665 Hendrick Egberts en Trijntie Hendriks echtelieden worden gesommeerd door advocaat Jan Swaga namens Bartelt Brandenburg de lakenkoopmanschaps boekhouding te overleggen aan het gerecht om vast te stellen of bij Brandenburg uitstaande schulden uit de inventaris kunnen worden getrokken. Hendrick Egberts tekent hiertegen protest aan. (bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, recesboeken, inv. nr. 7 foto 68 folio 066).12 september 1665 worden de schulden van Hendrick Egberts aan koopman Bartelt Brandenburg vermeld: obligatie van 7 september 1664 van 1.225 caroli guldens (bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, recesboeken, inv. nr. 7 foto 74 folio 72).
27 april 1669 Hendrick Egberts en Trijntien Hendricks worden geciteerd door Helena weduwe van Arent Kiers Ramhorst vanwege een uitstaande obligatie van 507 caroli guldens (bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, recesboeken, inv. nr. 7 foto 178 folio 176).
4 september 1677 Hendrick Egberts te Donkerbroek, mede als voogd voor zijn vrouw Trijntien Hendricx verklaren 30 caroli guldens schuldig te zijn aan Hiltien Albers weduwe van Anders Willems, erfgenaam van haar moeder Anne Wijbes. Het betreft een restschuld van een obligatie van 100 philip guldens (bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, recesboeken, inv. nr. 7 foto 283 folio 281).
12 maart 1678 Hendrick Egberts koopman te Donkerbroek voor hem en als man en voogd voor zijn huisvrouw contra Lamme Coenes wed. van Jochem Foppes en haar kinderen (bron: archief Nedergerecht Ooststellingwerf, recesboeken, inv. nr. 7 foto 402 folio 73). |
|