| Notities persoon | 17 december 1617 [geregistreerd] Rintse Gerbens wonende in de Noorderdrachten verklaart verkocht en in eigendom overgedragen te hebben, aan Jelle Peters te Leeuwarden, betret 20 roeden veen onder de klokslag van Noorderdrachten, hebbende Hubert Allezn ten noorden en Jel Rintzen ten zuiden, strekkende van Noorderdrachten tot aan de veenscheiding aan toe, voor de som van 500 goudguldens. Akte 21 november 1617 te Leeuwarden, was getekend Rijntze Gerbes en A. van Loon (publiek notaris te Leeuwarden) (bron: archief Nedergerecht Smallingerland, hypotheekboeken 1613-1618 inv. nr. 93 foto 153).
15 maart 1615 Oudega. Anne Gerbrants binnen Dockum verklaart meerderjarig en 25 jaar oud te zijn en voor Aelcke Oets mijn huisvrouw verklaart verkocht verkocht en overgedragen te hebben aan Rintie Gerbrants en Bauck Jans echtelieden te Noorderdrachten zeker gerechte derdepart van een zate land met huis en schuur gelegen in Noorderdrachten door genoemde kopers in gebruik zijnde, strekkende ten westen van de Dreijt tot de veenscheiding in het oosten, verder nog de volgende stukken land. Ten eerste een gerechte derde part van twee mad maden op de Hemmen bij Rinthie Zijtie maden, idem een mad door Mennert Benne zoon maden gelegen en nog een mad maden daarbij gelegen, nog 3 mad maden hooiland op de Hemmen, waaronder ook nog een kleine wegkamp hoort. Nog 8 mad maden bij Mennert Bennezn voornoemde maden gelegen. Alle buiten Smallinger Ee gelegen. voor 675 (?) goudguldens (bron: archief Nedergerecht Smallingerland, proclamatieboeken, 1610-1616, inv. nr. 64 folio 14).
3 april 1649 [eerste proclamatie] Karst Bauckes cum uxore verklaart gekocht te hebben een perceel veen en kleinland gelegen in Noorderdrachten op de uitgang van de zate van Rinthie Sijtses en ook die van de zate van Claas Rinthies en 2 roede van Mennert Liebbeszate zijn veen strekkende van de dwarsvaart tot het volgende perceel, hebbende de weeskinderen van wijlen Gerben Rinthies cum soc. ten zuiden en noorden met vrije uitvaart behalve de tol, groot 396 roeden voor de som van 438 caroli guldens van Halbe Jelles als man en voogd van Jouck Rinthies [hertrouwt in 1655 met Focke Fockens Eringa, zie weesboeken inv. nr. 34, Halbe Jelles is dan overleden]. Idem nog een perceel veen van 196 roeden voor een bedrag van 287 caroli guldens. (bron: archief Nedergerecht Smallingerland, proclamatieboeken, inv. nr. 65 folio 260). |
|