Notities persoon | LET OP: er is een dubbelganger met eveneens de naam Allert Goeijties die in 1650 nog leefde te Ureterp (destijds Uredorp genoemd). Hij was gehuwd met Sybrich Idedr. Suma. Het is niet altijd met zekerheid te zeggen welke registraties betrekking hebben op de verschillende personen.
1 januari 1620 Allert Gotijes protesteert tegen de opzegging van een obligatie van 50 philips guldens aan Halbe Jouckes gedaan. 1 januari 1620 Allert Gotijes protesteert tegen de opzegging van een obligatie van 100 philips guldens aan Sijger Hintijes gedaan (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 11 folio 201 foto 195).
woonachtig in de Selmien (1628). 3 mei 1628 Allert Goijties vertoont voor het Gerecht de volgende obligatie ter registratie: Siurt Alles wonende te Beets mede voor zijn vrouw Teatscke Ipes verklaart 50 goudguldens schuldig te zijn aan Allert Goijties wonende in de Selmien. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 163 foto 140 ).
6 november 1631 Allert Goeijtties is geciteerd door Bouwe Ates die een overdracht van schuldverklaring heeft ten gunste van Douwe Tijeerds van 50 goudguldens gedateerd 10 juli 1632 laatstleden (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 13 folio 30, foto 30).
5 augustus 1633 Herre Riencx en Ancke Tuijtiens(?) echtelieden citeren Allert Goeijties in de Selmien, betreft geschil over wanbetaling inzake een obligatie dd 12 december 1632 van 100 goudguldens (bron: archief Nedergerecht Opsterland, sententieboeken, inv. nr. 45 folio 46, foto 25).
21 februari 1634 Allert Goeijtties indertijd woonachtig te Selmien, nu wonende te Sumeer Leije verklaart 300 goudguldens schuldig te zijn aan Fen Beernts wed. van Luick Wijgers, schoenmaker met haar kinderen, wonende op Beetsterzwaag. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 164 foto 90, folio 110).
20 november 1634 Jelcke Goeijtties en Wijts Goeijttijdr. tevens voor Allert en Popcke Goeijttieszonen allen als erfgenamen van Goeijttie Sierds citeren Sijoert Sijoerts voogd van Jouck Andrijs, Michijel Andrijs en Gorits Andrijsdr. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, sententieboeken, inv. nr. 46 folio 89, foto 46).
16 februari 1637 Boocke Sijgers en Jantien Jelckedr. doen proclameren de aankoop van een perceel leegland gelegen buiten de Selmien te Uredorp, hebbende ‘t selve stuk veen ten oosten van Gaucke Wijtzes en ten westen Jan Jansen, mandelig met Goeijtse Allerts erven in een stuk, strekkende van de Veenscheiding aan één stuk tot aan de Merschsloot met geboomte en plantagie daarop staand, gekocht van Tiedt Hendrcxdr. en Pieter Jarich, gesterkt met deselve, voor 13 goudguldens. Kantlijn: Allert Goeijties protesteert tegen de proclamatie van de verkoop van de venen op grond van recht op niaarcoop.(bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 109 folio 249, foto 127).
16 december 1641 Uttie Freercx citeert Jelcke en Popcke Goijtieszonen en Wijts Goijtiedr. huisvrouw van Jochem Jans met toestemming van de verdere erfgenamen van Allert Goijties hun wijlen broeder, in leven gewoond hebbende te Smallinger Opeinde.(bron: archief Nedergerecht Opsterland, sententieboeken, inv. nr. 46 folio 406, foto 205).
4 juni 1642 Utze Freercx en Eppe Claesedr. citeren Jelcke en Popcke Goijtsies zonen en Wijts Goijtiedr. huisvrouw van Jochem Jans onder assistentie van dezelfden voor de erfgenamen van Allert Goijties hun wijlen broeder, betreft een schuld van 300 goudguldens (bron: archief Nedergerecht Opsterland, sententieboeken, inv. nr. 46 folio 416, foto 210). De schuld dateert van 1634 (zie hiervoor). |
|