TERUG NAAR START
Johan(nes) Holtman
GeslachtMan
Leeftijd> 79 jaar
 
Geboren1534
Overleden> 1613teAlmelo (?)
 
RelatieGeen 
Kinderen  N.N.
Johan (Johannes)
Notities persoonpastoor te Almelo ( Bron: B. van Dooren; artikel Overijsselse Historische Bijdragen 1996 111e stuk en AHA inv. nr. 3140, jaar 1589 d.d. 5 juli).
Volgens G.J. ter Kuile is pastoor Holtermans die de Lutherse leer was toegedaan in 1613 vervangen door Christophorus Ledeboer (zie elders in deze kwartierstaat).
De pastoor Johan of ook wel Johannes Holtman komt regelmatig in het archief van het Huize Almelo voor:

Huisarchief Almelo (Regestenlijst H. Bordewjk en R.M. de Raat)

-inv. nr. 1188 (die vero marcurii post dominica Quasimodo)
[Hermannus Rouwerdinck, notaris], verklaart dat heer Johannes Holtman in het werkelijke bezit is gesteld van de parochiekerk gewijd aan St. Georgius te Almelo. (21-4-1563)

-inv.nr. 1300 (am vridage post Cantate)
Johan Holtman, oud 34 jaar, pastoor te Almeloe, verklaart, op verzoek van Deryck Fredericksen, als gevolmachtigde van jonker Johan van Rechteren, te getuigen dat toen wijlen jonker Henrick van Rechteren, op zijn sterfbed lag en aan zijn zwager Herman van Westerholt had gevraagd bij hem te komen om de onderhandelingen die gaande waren over de verkoop van de heerlijkheid Almelo aan deze laatste te niet te doen en de heerlijkheid te laten vererven op zijn broer Johan van Rechteren, dat Van Westerholt destijds niet is verschenen en dat Henricks vrouw Agens van Westerholt destijds aan Henrick had verzekerd dat deze verkoop niet zou doorgaan, welke verklaringen destijds in bijzijn van getuigen, waaronder Tonnys Reyger waren afgelegd, en dat Henrick van Rechteren geen geld voor de betaling van deze koop had ontvangen. (21-5-1568)

- inv. nr. 1314
Otto van Langen, richter van Almelo, verklaart dat Geert yn de Wonde en zijn vrouw Jenne al hun pachtrechten die zij hadden op de verpachter van het erve de Wonde, heer Johan Holtman, pastoor te Almelo, aan deze hebben afgestaan; tevens dat Geert en Jenne, samen met haar voorkinderen Johan, Aelheyt en Mette, bijgestaan door hun ooms en voogden Albert Soeten en Egbert upte Vyckerye, hebben verkocht en bij deze leveren aan Gert tho Wyrycke het huis en verdere gebouwen staande op de "solstede" van het erve de Wonde, welke laatste de nieuwe pachter is samen met diens vrouw Fenne. (20-7-1569)

-inv. nr.1326
Otto van Langen, richter van Almelo, verklaart dat Johan ter Noerdych en zijn vrouw Greta hebben bekend schuldig te zijn wegens een geldlening aan heer Johan Holtman, pastoor te Almelo, 50 goudguldens, onder verband van al hun goederen. (24-1-1570)

-inv.nr.1374
Joannes Holtman, pastoor te Almelo, i.c. als door de officiaal van Aldenzaell aangestelde commissaris, verklaart dat Egbertus Nytert, vicaris van de St. Annavicarie te Almelo, heeft gedagvaard voor het afleggen van getuigenverklaringen heer Gerdt van Tubbergen, oud ca. 70 jaar en meer dan 40 jaar vicaris te Almelo, heer Wilhelm van Hasselt, ca. 60 jaar en ca. 40 jaar vicaris aldaar en heer Michaƫl van Arnhem, ca. 60 jaar en ca. 35 jaar vicaris aldaar, welke verklaren dat zij hebben gekend Gerdt Lansinck, toen deze vicaris van genoemde St. Annavicarie was, en dat na diens overlijden heer Johan van Wijrden, zoon van de veerman, daarmee was begeven, terwijl, nadat deze de vi-carie van het H. Kruis te Vriezenveen kreeg, genoemde Egbert Nytert ermee werd begeven en dat Lansinck jaarlijks van wijlen Adriaen van Rhede, maarschalk, en diens vrouw Lucia van Goer, als vicaris 16 rijders kreeg; de mede gedagvaarde heer Johan van Wijrden, oud ca. 34 jaar, nu vicaris te Vriezenveen, verklaart dat hij 8 jaar deze vicarie heeft bezeten en ook jaarlijks dit bedrag heeft ontvangen. (12-1-1573)

-inv.nr.1402
Otto van Langen, richter van Almelo, verklaart dat Gert yn de Wonde en zijn vrouw Fenna hebben bekend schuldig te zijn aan heer Johan Holtman, pastoor te Almelo, 50 goudguldens, waarvoor zij tot onderpand stellen het huis staande op de Wonde en het gewas op het land. (9-12-1574)

-inv. nr. 1449
Otto van Langen, richter van Almelo, verklaart dat Claes Lukenssen en zijn vrouw Alheyt hebben bekend schuldig te zijn aan heer Johan Holtman, pastoor te Almelo, 65 Joachimsdaalders, waarvoor zij als onderpand stellen hun gaarde achter in de Oisteressche vanaf de Kaadijck tot aan Johan Scluters gaarde, gelegen tussen de landerijen van de jonker van Almelo en van de kinderen van wijlen Johan van Vlodorp. (21-11-1578)

-inv. nr. 3140 Johan Holtman treedt voor Agnes van Westerholt (vrouwe van Almelo) op als getuige en verklaart 60- jaar oud te zijn (1-6-1596).

-inv.nr.3486. Brief van pastoor Johan Holtman te Almelo aan Tonnis de Reyger tot Gladbecke, waarin hij meedeelt dat zijns inziens de koster ten onrechte klaagt over te lage inkomsten, (1599).

-In het tinsregister van hoenders uit 1628 staan vermeld de erfgenamen van Joan Holtmans die tinsplichtig zijn voor 1 1/2 hoender (bron: AHA inv. nr. 1328 foto 1167). In dit register wordt ook Hendrick Holtmans genoemd, wellicht een zoon van Joan? Ook in het tinsregister voor hoenders uit 1631 staan de erfgenamen van Jan Holtmans nog genoemd, dan staat er wel een vermelding bij dat de tinsplicht over is gegaan naar de predikant van Wierden en Derk Brouwer (bron: AHA inv. nr. 1329 foto 1185).