TERUG NAAR START
Jan Jansen Jonkman
handtekeningijanijansenijonckman1733aha2957foto323.jpg
GeslachtMan
Leeftijd> 59 jaar (Gebaseerd op doopdatum)
 
Gedoopt24-4-1701teVriezenveen
Overleden> 1760teVriezenveen
Vader Jan Jansen Jonkman
 Geboren ± 1675
 Overleden < 1713
Moeder Berentjen Jansen Prinsen
 Geboren ± 1680
 Overleden > 1713
Zus  Geertjen ~1702
 
Huwelijk ± 1729 te Vriezenveen
 
metJenneken Jansen Smelt
 Geboren± 1700
 Overleden> 25-1-1760
Kinderen  Janna Jansen
Jan Jansen
Notities persoonlandbouwer. Bewoont boerderij Oosteinde 191, huidige nummering. Bron: Ken uw dorp etc. blz.101. Huwde in op het erf van zijn vrouw. Volgens een lijst van boerhaverplichtigen (1752) was Jan Jonkman een provincie meier, dat wil zeggen dat hij een oud kloostergoed moet hebben bewoond (AHA inv. nr.2778). Had het erf overgenomen van zijn schoonvader Jan Gerrits Smelt.

In het boterpachtregister van 1736 wordt het erf geregistreerd met een omvang van 5 1/2 akker. Was één van de gootste schapenboeren van Vriezenveen, had in 1762 volgens het belastingregister op de reliqua 34 schapen. In dat jaar had in Vriezenveen niemand een kudde van grotere omvang.
Tijdens de volkstelling van 1748 heeft dit echt echtpaar dan ook een scheper (schaapherder) in dienst . Zijn naam is Jannes Gerritsen. Inwonend is verder de wed. Jan Gerrits Smelt en dit is gelijk een indicatie dat het erf oorspronkelijk van de familie Smelt was. Verder zijn nog inwonend 2 kinderen boven 10 jaar, te weten Jan en Janna Jonkman.

In 1737 bedraagt de aanslag inzake het hoofdgeld voor 3 personen 1,60. Dat was een fors bedrag en hoger dan gemiddeld, dat lag voor het Oosteinde dat jaar op 46 cent p.p..
In 1753 is het gezin hoofdgeld verschuldigd voor 5 personen en moet 2 gulden betalen, met 40 cent p.p. is dit net iets meer dan gemiddeld. In 1760 wordt Jan Jonkman aangeslagen voor 4 personen en moet 50 cent p.p. betalen, een meer dan gemiddelde aanslag (deze was nl. 39 cent p.p.). Aangezien Jan een zoon heeft die Jan heet, welke later het vaderlijk erf bewoond is onduidelijk wanneer de overgang plaats vindt.

In het kohier van de 1.000e penning van 1751 wordt Jan Jonkmans vermogen geschat op 450 gulden, waarvan 150 gulden voor meewerkend personeel, dat als een stukje vermogen werd gezien. In de kohieren van de 1.000e penning van 1734 en 1739 komt Jan Jonkman niet voor. Deze registers geven alleen de vermogens boven de 500 gulden weer.
Genoemd in het testament van zijn dochter Janna op 22-05-1752.

Op 2 januari 1756 koopt Jan Jonkman een deel (2 oostelijke akkers) van het provinciale schoutengoed. Akte van transport 20-05-1756 (bron: archief schoutambt Vriezenveen inv. nr. 2675).