| Notities persoon | kerkmeester in o.a. 1631 en 1637 (bron hiervan AHA inv. nrs. 1742 en 1467)
bewoonde het erf ter hoogte van Oosteinde 217-219 (huidige nummering). O.a. genoemd in het verpondingsregister van 1601 en in het kohier op de reliqua. Wat betreft deze laatste belasting werd hij in 1601 aangeslagen voor 2 paarden, 3 varkens en 7 schapen. Zijn erf omvatte 11 akkers land. In 1649 worden in het boterpachtregister 3 personen genoemd ivm het de boterpacht van het (ouderlijk?) erf van Claes Lamberts. Elk betaalt voor 1 akker de boterpacht. In totaal dus voor 3 akkers die dan nog steeds op naam van Claes Lamberts staan. Het betreft de kinderen (?) Johan Claesen (erf ter hoogte van Oosteinde 217), Berent Claesen (erf aan het Oosteinde 193), en schoon-zoon (?) Berent Hendriks [Timmerman] (erf Oosteinde 215-217). In 1646 betaalt Henrik Claassen 2 pond boterpacht van dit erf (1/2 akker) en in 1645 wordt voor 5 akkers boterpacht betaald door Hendrick Janssen, 5 akkers door dochter Eille en 2 1/2 a. door Berendt Claassen.
als getuige in een proces in 1619 verklaart Claes Lamberts Berent dan ongeveer 43 jaar oud te zijn en vele jaren hooiland heeft gehuurd van Boyman te Geesteren(bron: transcriptie Gezinus Grissen; Hoge Bank en Klaring van Overijssel , Toegang 29, Inventarisnummer 780). |
|