Hendrik Gerritsen Olde Müller (Vorink) |
|
Geslacht | Man |
Leeftijd | > 54 jaar (Gebaseerd op doopdatum) | |
Geboren | | te | Notter (onder Rijssen) |
Gedoopt | 3-2-1704 | te | Hellendoorn |
Overleden | > 1758 | te | Hellendoorn |
|
|
|
|
|
|
Notities persoon | landbouwer. Wordt met vele aliassen aangeduid, te weten Olde Müller, Uilenspiegel, Roltvoort en Vorink. Bij zijn eerste huwelijk wordt hij nog Vorink genoemd. Bij de doop van zoon Gerrit Jan (1741) wordt hij met de naam Roltvoort aangeduid. Bij de dopen van Derkjen(1750) en Hendricus (1752) wordt hij Uilenspiegel genoemd. Bij de volkstelling van 1748 en zijn huwelijk in 1749 wordt hij bij de naam oude (Olde) Mulder aangeduid. Bij zijn eerst huwelijk wordt hij met z´n patroniem aangeduid en er staat vermeld dat hij van Raalte komt. Het Olde Muller was evenals het Roltvoort, het Uilenspiegel en het Vorink een boerenerf in de buurt van Hellendoorn. Kennelijk was Hendrik niet erg honkvast en verhuisde hij nog wel eens. In 1748 staan in de volkstelling vermeld: Hendrik Olde Muller en Derkjen Willems. Verder 2 kinderen onder 10 jaar Willemiene en Gerrit Jan en twee knechten Gerrit Jans en Hendrik Gerrits. Het moet dus wel een erf van enige omvang zijn geweest.
21 juli 1743 Verschenen voor het gericht Hendrik Gerritsen en Derkjen Willemsen zijn huisvrouw in deze zo veel als nodig geassisteerd met haar momber Egbert Marits verklaren 200 gulden ontvangen te hebben van Jan van Delden en zijn huisvrouw Trientien Willemsen inzake de verkoop en overdracht van alle goederen die haar ouders, te weten Willem Tijhuis en Swaentjen Jansen hebben toebehoord, waaronder de halve woning en de sonitte (Bron: Archief Schoutambt Hellendoorn, Vrijwillige zaken, inv.nr. 7 folio 43, foto 23)
Op 12 april 1749 verschijnt Hendrik Gerrits Olde Müller voor het Gerecht van Hellendoorn en worden de rechten van de kinderen uit het eerste huwelijk met Derkjen Willemsen vastgelegd. Mombers zijn Hendrik Tijhuis en Gerrit van het Veendink. De onmondige kinderen hebben recht op 150 gulden uit de boedel van de moeder, verder verklaart de stiefmoeder Aaltje Hendriks de twee kinderen Gerrit Jan en Willemina als eigen aan te nemen. (Bron: archief Schoutambt Hellendoorn, inv. nr. 14 folio 37) | Notities overlijden | nog vermeld in het register van de 1000e penning van 1758, heeft een vermogen kleiner dan 200 gulden en zit daarmee in de onderste klasse, waar overigens meer dan de helft van de gezinshoofden onder viel (182 van de 339). |
|