TERUG NAAR START
Tyaert Pieters Poelstra
GeslachtMan
Leeftijd± 59 jaar
 
Geboren± 1520
Overleden± 1579teFinkum (Leeuwarderadeel)
Vader Pieter Poelstra
 Geboren ± 1490
 Overleden < 1572
Broer  Eelcke Pieters *± 1515
Broer  Willem Pieters *± 1520
Broer  Frans Pieters *± 1520
Broer  Sytse *± 1520
 
Huwelijk < 1549
 
metAnna Mertensdr.
 Geboren± 1520
 Overleden> 1568
Kind  Pieter Tyaards
Notities persoon10 december 1549 Sytthie Pietersz. en Jaeth Hesselsdr. echtelieden wonende te Jelsum hebben aan Tijaert Pietersz. Poelstra en Anna Martensdr. wonende te Vinckum op het Poelhuijs verkocht het zevende deel van 2 koegangen gelegen bij Leeuwarden in Jan Hiemsma Fenne en het zevende deel van twee goudguldens aan grondrente van het gezamenlijke land gelegen te Marssum uit de zate voor 33 goudguldens. Kantlijn Willem Pieters als voormond van Eelcke Pieters kinderen verleent toestemming voor de transactie (Bron: Nedergerecht Leeuwarden, Consentboek inv.nr. 3614, foto 85).

28 februari 1550 Tijaert Pietersz. Poelstra te Vinckum heeft aan Ritscke Dijckstra te Teerns verkocht twee zevende deel van 2 koegangen in Jans Hie...Fenne en twee zevende deel van grondrente van land te Marssum gelegen in de zate Ientse genaamd waar Poppelaeszoon op woont (Bron: Nedergerecht Leeuwarden, Consentboek inv.nr. 3614, foto 92).

1 juli 1566 Willem en Tijaert Poelstra voormonden van de 3 achtergelaten kinderen van Frans Poelstra contra Focke Lieuwesz. en Bauck Wyttiedr. zijn huisvrouw. Boedel is getaxeerd door baarsluiden, Pieter oudste zoon heeft mei verleden jaar nog betaald aan Wyttie op Allerheiligen……. Anna de jongste wees. Vonnis gedaagden moeten 3 en 14 goudguldens betalen en de gerechtskosten. (Bron: recesboeken, inv.nr. 15, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 10).

23 augustus 1567 Tyaert Poelstra accuseert Claes Aukes vanwege schuld van de verkoop van een ruin (Bron: recesboeken, inv.nr. 15, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 125).

5 september 1568 Tyaert Poelstra neemt aan Claes Pieters te Oudezijl te betalen 3 philips guldens en 5 stuivers voor een bruine merrie. Tyaert verklaart het bedrag tussen nu en 3 weken te zullen betalen (Bron: recesboeken, inv.nr. 16, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 16).
6 september 1568 Anna Martes de echte huisvrouw van Tyaert Poelstra enerzijds en Tjoen Deijners anderzijds. (Bron: recesboeken, inv.nr. 16, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 17).

11 juni 1569 Loclke Harckes contra Tijaert Poelstra, akte van aanneminge 22 januari 1569 door Tijaert om zijn schuld van 5 en een halve gg geleend geld terug te betalen. Het Gerecht veroordeelt Tijaert dit bedrag aan Loclke te voldoen. (Bron: recesboeken, inv.nr. 16, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 100).

24 september 1570 Tziert Pieters Spoelstra verklaart binnen 2 maanden aan Sipcke Willems te Dronrijp te betalen 5 goudguldens en 4 stuivers vanwege verdiend salaris (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 28).

1 september 1571 Luijtien Frits Imperator, pachtkwestie met diverse pachters van het Convent van Mariengaarde, waaronder Willem Pietersz. Poelstra. Vermeld Poelstrasate, eertijds door Tziert Pieters Poelstra als meijer van het Convent van Mariengaard gepacht, in pachtperiodes van 6 jaar, aflopende 30 april 1574, aanvang genomen 1568. Voor 75 goudguldens per jaar aan pachtgelden. Imperator zou vruchtgebruik hebben van de helft van de Poelstralanden. (Bron: Sententieboeken, inv.nr. 56, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 16-18).

17 november 1571 Lieuwe Tyalles citeert Tyaert Polstra en ….van een half marschap (maatschap?) vanwege een schuld van 12 gg en 18 st vanwege verschoten penningen en granen. (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 105).
10 december 1571 Lieuwe Tijalles contra Tijaert Poelstra. De gedaagde bekent schuldig te zijn 28 goudguldens voor diverse kosten en geleend geld en de bijkomende onkosten van de gerechtelijke procedure en bijkomende rente (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 113).

Op heden 8 februari 1572 verklaart Tijaert Pietersz. Poelstra wonende te Finckum dat hij tevreden is [dus ermee instemt] dat de deurwaarder van den Hove van Friesland Stellinckwerf de penningen mag ontvangen van de goederen van Tijaert die komende dinsdag per boelgoed worden verkocht als gevolg van de executiemaatregel van de deurwaarder. De Secretaris ondertekent de verklaring. Van Tijaart wordt vermeld dat hij de verklaring niet kan ondertekenen omdat hij niet kan schrijven (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 121).

20 september 1572 Luytien Frits als cessie hebbende van Tyaert Poolstra accuseert Tyaert Tyaerts om 1(?) goudguldens van het boelgoed te voldoen (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 168).

25 oktober 1572 en 17 oktober 1573 Luytien Fritz citeert Tyaert Poelstra te betalen een derde deel van een schuld van 71 gg en een vet varken (Bron: recesboeken, inv.nr. 18 foto 29 en 62 en 17 foto en 178, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar).

13 december 1572 Luittien Fritz citeert Tyaert Poolstra, idem Willem Poelstra vanwege 11 goudguldens achterstallige landhuur (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 190).

21 december 1572 Luytthien Fritz, Imperator contra Tyaert Poelstra, gedaagde. Luytthien Fritz eist een derde van de achterstallige schuld van 71 goudguldens en een vet varken en bijkomende intrest en gerechtskosten die reeds meer dan 50 caroli guldens bedragen. Het Gerecht wijst de eis toe, gedaagde gaat in beroep. [ NB EB het lijkt hier te gaan om een gedeelde schuld van landhuur die uit Tyaerts ouderlijke boedelscheiding is voortgekomen; de schuld zal zijn verdeeld tussen de 3 broers] (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 198).

7 januari 1573 Wybren Jans accuseert Tyaert Poelstra vanwege achterstalige betalingen van 32 philip guldens vanwege de koop van een veulen en 4 goudguldens voor gras (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 214).

7 januari 1573 Sipcke Druyse accuseert Tyaert Poelstra vanwege achterstalige betaling van 14 goudguldens vanwege de koop van een muyske blau Enter rier (koe van 1 jaar oud?) (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 214).

1 februari 1573 Tyaert Peterz. Poelstra verklaart 55 goudguldens schuldig te zijn aan Jorrien Pibes burger te Leeuwarden, vanwege 3 gekochte hengstveulens en van lopen koren. Tyaert verklaart het bedrag binnen 5 weken te zullen betalen (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 207).

13 juni 1573 Luitien Fritz wonende te Leeuwarden contra Tyaert Poelstra vanwege wanbetaling van een derde deel van 71 goudguldens en een derde deel van een vet varken, heerkomende van de huur van de Poelstralanden. (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 229).

27 juni 1573 Sipcke Druyses contra Tyaert Poelstra inzake wanbetaling van 14 goudguldens inzake de koop van een Enter rier en een os (Bron: recesboeken, inv.nr. 17, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 245).

30 januari 1574 Tyaert Pieters Poelstra stukken overhandigd inzake kwestie met Luijttien Fritz. dd 24 september 1573, verkoop van zijn paarden met geweld(?) (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 57).

29 mei 1574 Tyaert Poelstra geciteerd door Michiel Melis voor schuld van 6 prinsendaalders voor gekochte 6 lopen zaaikoorn. Tyaert Poelstra belooft op 26 juni 1574 deze schuld binnen een maand te betalen. 21 augustus 1574 vonnis Nedergerecht beling schuld en bijkomende gerechtskosten door Tyaert Poelstra (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 82, 86, 90).

3 juli 1574 Gecompareerd voor de Secretaris van het Gerecht Leeuwarderadeel Frerick Sipckez. wonende te Nes in Dongeradeel verklaart aan meester Frans Ampckes postulent, volledige volmacht heeft gegeven hem te vertegenwoordigen in de zaak tegen Willem Pieterszoon Poelstra en alle anderen om aan te tonen dat hij rechthebbende erfgenaam van zijn vader en moeder is van zekere landerijen (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 88).

11 januari 1575 de Capittulaeren van Mariëngaarde contra Tyaert Poelstra idem Willem Poelstra (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 120).
5 februari 1575 Tyaert Poelstra verklaart schuldig te zijn aan LyeuweTzialle zoon burger te Leeuwarden 4 goudguldens vanwege aankoop tarwe en geleend geld (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 123).

2 juli 1575 Tyaert Poelstra accuseert Willem Poelstra’s dochter vanwege schade gedaan aan zijn koren. (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 150).

5 augustus 1575 Tyaert Poelstra verklaart schuldig te zijn aan Beernt Hendricx binnen Groningen 64 daalders van 30 stuivers het stuk vanwege gekochte ossen en paarden (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 151).

19 december 1575 Sappe Feddez. citeert Tyaert Poelstra vanwege achterstallige obligatie van 11 goudguldens. (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 47).

7 september 1577 Tyaert Poelstra verklaart dat Willem Poelstra hem bij nacht verwond (?) zou hebben en ...de merries zou brengen in de fenn van Tijaert, en deze merries zou laten springen. (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 251).
11 oktober 1577 Egbert Rynge..(?) te Steens verklaart de schade te zullen vergoeden die zijn 2 bollen [stieren] hebben aangericht aan het land van Tijaert Poelstra (Bron: recesboeken, inv.nr. 18, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 256).