Notities persoon | 17 november 1615 Inventarisatie van het sterfhuis van Lijsbeth Pietersdr. te Jelsum. op verzoek van Jacob Pietersz. als curator over Aetke Tiepkedr. het kind verwekt door Tiepcke Wijbesz. ter presentie van Rienck Siebrantsz. Hotze Wibrantsz. Doeijma, en Lieuwe Wijbesz. samen met Tietke Eelckedr. en Naenck Wijbedr. op aangeven van Tiepcke Wijbesz. De inventarisatie omvat oa het woonhuis lang 20 vack, gelegen op de Claercamplanden groot 67 pondematen, met een schuur van 4 gebinten groot, en en jonkhof bij het huis en een melkkamer groot 3 en een half vack. Nog aan eigen land 3 pond en een eijnse land, door wijlen Lijsbeth gebruikt en afkomstig van wijlen haar ouders. Zeven ponden land in verschillende stukken door Tiepcke Wijbes van zijn vader geerfd. Verder oa zes bedden met peulen, 11 oorkussens, 39 slaaplakens, een comptoir, een uittrektafel, 17 stoelen, een spiegel, etc. etc. Aan levende have, 15 koeien, 3 Enter rieren, 5 kalveren, 4 bargen, een hengst, 3 hengsten, een hengsteveulen, 12 hennen met een haan, enige duiven op het Duivenhuis. Aan zilver en goud: een zilveren kaeijsel, 3 gouden ringen, een zilveren speldekussen ketting, 2 zilveren messenheften, een schede met 3 zilveren banden en een ketting, een zilveren schorthaak, een zilveren hart en oeys(?), totaal waarde van het zilver blijft ongewaardeerd omdat ze het weeskind ten goede komen. Lijsbeth heeft ingebracht in de boedel 2222 gg en Tiepcke 2450 gg. De totale boedelwaarde bedraagt 6856 gg. (Bron: weesboeken, inv.nr. 84, Nedergerecht van Leeuwarderadeel – Tresoar, foto 365-368).
30 maart 1616 Jacob Pieters als curator ad divisiones over Aetke Tijepkedr. enerzijds en Tijepke Wijbesz. anderzijds komen overeen dat Aetke krijgt uitgekeerd: zijnde moeders erfenis voor haar 3 kinderen (Aetke, Pieter en Lijsbeth) 3.216 gg., was 1.07 per persoon, Pieter en Lijsbeth zijn overleden na hun moeders overlijden, zodat de helft van dit kinderdeel terugvalt aan de vader. In totaal komt Aetke daarom 2144 gg toe. Aldus overeengekomen en ondertekend met de handtekeningen van Jacob Pieters en Tijepke Wijbesz. (Bron: weesboeken, inv.nr. 84, Nedergerecht van Leeuwarderadeel – Tresoar, foto 381). |
|