Notities persoon | 13 april 1627 Marcus Mellis accuseert Maijke Bras voor haar zelf en als moeder en voorstander van haar zoon Regnerus Bras als erfgenaam van mr. Regnerus Bras, mede-erfgenamen zijn, Wibrandus en Gerardus Bras en Cornelis Bras inzake een schuld van 34 caroli guldens (Bron: recesboeken, inv.nr. 2707, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 209).
22 juli 1628 Dr. Geradus Bras, Wibrandus Bras, beide advocaat voor den Hove van Frieslandt, binnen Leeuwarden, met Marijcke Gerrijtsdr Jelgershuijs, moeder van eerstgenoemde personen, weduwe van Regnerus Bras, in leven zijnde advocaat voor den hove van Frieslandt binnen Leeuwarden, hier als voorstander van haar zoons: Regnerus en Jacobus Bras, beide binnen Leeuwarden. 20 januari en 8 maart 1621 en 29 maart 1625 (3 verschillende schuldspecificaties) 4 juni 1625 is akte van de schuldbekentenis (caroli guldens 1278-12-6) opgemaakt, tersaecke gecochte en ontfangen laecken, verschuldigd aan Arent Andriesz Camp, burger en laeckencoper binnen Leeuwarden. Onder hypotheek van een zate land onder de klokslag van Leeuwarden Jelgerahuis genaamd. NB. Deze acte is gecasseerd op 18 Februarij 1633 door Jr. Wigle Biugers cessie hebbende van Dr. Joannes van Duirnig die het recht had van Arent Andriesz. Camp zijn schoonvader. Opmerkelijk is dat de heren Jr. Bugers en Arent Andries Camp volgens het Stemchier van 1640 eigenaars van de Jaimastate te Hallum dat behoorde aan de broer van Marijcke Jelgerhuis en door vererving oa ook gedeeltelijk bij Marijcke Jelgerhuis terechtkwam (Bron: Nedergerecht Leeuwarden, Hypotheekboeken inv.nr. 3758, foto 201; transcriptie HCL).
7 februari 1622 [geregistreerd 27 augustus 1627] Ik Gerrardus Bras [ook Gerrijt Bras genoemd in de akte] advocaat voor het Hof van Friesland verklaar 325 caroli guldens schuldig te zijn aan Anthonio van Hees en Jancke Sijmens echtelieden, vanwege genoten verteringen en verschoten penningen tegen 7%(!) rente (Bron: Nedergerecht Leeuwarden, Hypotheekboeken inv.nr. 3758, foto 27). 16 februari 1625 [geregistreerd 27 augustus 1627] Ik Gerrardus Bras [ook Gerrijt Bras genoemd in de akte] advocaat voor het Hof van Friesland verklaar 330 caroli guldens schuldig te zijn aan de hopman Anthonis van Hees en Jancke Simons echtelieden, vanwege genoten verteringen en gehaalde wijnen tegen 7%(!) rente (Bron: Nedergerecht Leeuwarden, Hypotheekboeken inv.nr. 3758, foto 28). 5 juni 1626 [geregistreerd 27 augustus 1627] Dr. Gerardus Bras advocaat voor den Hove van Friesland en jacobus Bras gebroeders beloven gezamenlijk te zullen betalen 33 caroli guldens die onze broer Regnerus Bras, die naar Oostindie gereisd is, schuldig is aan de hopman Anthonis van Hees en Jancke Hees echtelieden (Bron: Nedergerecht Leeuwarden, Hypotheekboeken inv.nr. 3758, foto 28).
2 juli 1630 Trijn Marcus Mellis accuseert Jacob Bras als erfgenaam van Wibrandus, Gerardus en Cornelis Bras vanwege schuld van 34 guldens en 4 stuivers (Bron: recesboeken, inv.nr. 2710, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 130). |
|