Notities persoon | 24 oktober 1634 vermeld Sijtse Claessen te Goutum (Bron: recesboeken, inv.nr. 2713, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 356).
6 juni 1635 Sijtse Clasen te Goutum contra Jochem Andries. (Bron: recesboeken, inv.nr. 2714, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 154).
11 april 1654 Claes Sijtses, oud omtrent 18e jaar en Trijntie Sytses, oud omtrent 14 jaren, nagelaten kinderen van wijlen Sijtse Claesen, bij Berber Dirx dr, getogen, geassisteerd met Atse Clasen hun oom. Curator: Auke Sytses en Feite Jansen (Bron: Autorisatieboeken, archiefnummer 13-24, Nedergerecht Leeuwarderadeel - Tresoar, inventarisnummer 069, blad 99, aktenummer 394).
25 augustus 1654 Claes Sijtses, oud 18 jaren en Trijntie Sytses, oud 14 jaren. Curator: Pijter Gerrijts op Dronrijp en Ate Freerx tot Wirdum beneffens Auke Sytses en Feite Jans bij deze tot opzichters van hun goederen (Bron: Autorisatieboeken, archiefnummer 13-24, Nedergerecht Leeuwarderadeel - Tresoar, inventarisnummer 069, blad 101, aktenummer 404).
24 mei 1648 [20 december 1657] Aucke Hettes en Trijn Jansdr. echtelieden te Wirdum verklaren 200 goudguldens schuldig te zijn aan Sijtse Claessen en Berber Dircx. 23 November 1650 verklaren Aucke Hettes en Trijn Jansdr. nog schuldig te zijn van voorstaand bedrag 100 goudguldens (Bron: Hypotheekboeken, inv.nr. 181, Nedergerecht van Leeuwarderadeel – Tresoar, foto 55).
29 april 1650 [eerste proclamatie 12 april 1651] Sijtse Clasen en Lieuwe Ottis doen proclameren de aankoop van 9 pond land gelegen te Goutum voor 210 gg per pond van Pyter Jansen cum uxore (Bron: Proclamatieboeken, inv.nr. 143, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 85).
13 maart 1652 [eerste proclamatie] Sytse Clasen cum uxore doet proclameren de aankoop van 3 en een half pond Hemrickland te Huizum van Jr. Waatse van Camminga voor 71 gg 7 st het pond (Bron: Proclamatieboeken, inv.nr. 143, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 106).
21 februari 1653 Inventaris van de goederen van Sijtse Clasen en Berber Dircx echtelieden in leven gewoond hebbende te Goutum, op verzoek van Atse Clasen tot Jelsum en Pijter Gerrijts als curatoren over de kinderen van Sijtse Clasen en Berber Dirx en Aucke en Jacob Sijtseszonen voor zichzelf en Lieuwe Ottis als man en voogd van IJble Sijtsedr. alsmede Feijte Jans als man en voogd van Griet Sijtsesdr. alle voorkinderen van voorschrevene Sijtse Clasen door Trijntie Jacobs in echte verwekt op aangeven van Aucke Sijtses en Lieuwe Ottis voornoemd. Tot de boedel behoort een huis te Goutum lang 21 “tach” gelegen boven het land van Jildu Reen. Verder 2 ponden land op Goutumer meenschar. Vijfdehalf ponden land op Goutumer nienland, 2 ponden en 2 einsen op Huisumer Hemrick. Tot de boedel behoorde oa een praam en 3 wagens en een slede, 13 koeien, aan zilverwerk bezat men een zilveren beker. Aan waardepapieren oa een schuldpapier ten laste van Pieter Claas te Wirdum en Willem Jans cum uxore als borg akte dd 10 september 1630, mede cessie gegeven aan Atse Clasen en Sijtse Clasen dd 25 februari 1641 voor een bedrag van 250 goudguldens. De intrest van 1640 nog onbetaald, het rentepercentage 6%. Een obligatie ten laste van Pieter Clasen en Trijnke Willems dd 1 mei 1630 200 goudguldens. een obligatie. Atse en Sijtse Clasen hebben nog een cessie van Foeck Bartels dd 25 februari 1641 ten laste van Pieter Clasen voor een bedrag van 50 goudguldens. Kantlijn: Trijntje Willems wed. van Piter Clasen verklaart dat zij van voornoemde 3 obligaties nog 300 goudguldens op 1 mei 1654 met een jaar intrest van 6 % zal terugbetalen. Verder oa nog twee schuldpapieren ten laste van Rintie Ottes van 350 guldens gedateerd 18 april 1644 en 16 nei 1645. Verdere papieren oa scheidingsceduul opgemaakt voor den Hove van Friesland tussen Sijtse Clasen en zijn kinderen door wijlen Trijntie Jacobs in echte verwekt dd 29 april 1635. Obligatie ten laste van Lieuwe Ottis van 400 goudguldens dd 1 mei 1652. Aucke Sijtses is schuldig 100 goudguldens. Jacob Sijtses is schuldig 300 goudguldens tegen 5 ½ procent. Schulden ten laste van het sterfhuis: oa Duco Wopkes komt 200 goudguldens toe, Hessel Ottes 3 gulden en 14 stuivers. De doodschulden van wijlen Berber Dirx zijn 50 goudguldens. De totale profijtelijke staat is 8.877 goudguldens. Sijtse Clasen had hiervan 2.500 goudguldens in de boedel ingebracht en Berber Dirx 600 goudguldens. De 4 voorkinderen komt elk 858 goudguldens toe uit de boedel. (Bron: weesboeken, inv.nr. 95, Nedergerecht van Leeuwarderadeel – Tresoar, foto 59-73).
11 april 1654 Claes Sijtses, oud omtrent 18e jaar en Trijntie Sytses, oud omtrent 14 jaren, nagelaten kinderen van wijlen Sijtse Claesen, bij Berber Dirx dr, getogen, geassisteerd met Atse Clasen hun oom. Curator: Auke Sytses en Feite Jansen (Bron: autorisatieboeken, inv.nr. 69, Nedergerecht van Leeuwarderadeel – Tresoar, foto 137).
November 1657 Trijntie Sijtses oud in het 17e jaar nagelaten kind van Sijtse Claesen en Berber Dircx. Curatoren aangesteld Jacob Sijtses en Lieuwe Ottes te Huisum (Bron: autorisatieboeken, inv.nr. 70, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 22).
6 november 1657 Weesrekening opgemaakt door Pieter Gerrits op Dronrijp en Aete Freercks te Wirdum als mede-curatoren naast Auke Sijtses en Feite Jansen over Claes Sijtses zoon en Trijntie Sijtsesdr. nagelaten kinderen van Sijtse Clasen en Berber Dircks in tijden echtelieden te Goutum. (Bron: Weesrekeningboeken, inv.nr. 131, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 15). 6 november 1657 Weesrekening opgemaakt door Auke Sijtses en Feite Jansen te Goutum als mede-curatoren naast Pieter Gerrits en Aete Freercks over Claes Sijtses zoon en Trijntie Sijtsesdr. nagelaten kinderen van Sijtse Clasen en Berber Dircks in tijden echtelieden te Goutum. Ten eerste blijkt uit de Akte van ontscheiding dd 11 april 1654 en de nadere liquidatie van 15 mei tussen de voorkinderen van Sijtse Claassen enerzijds (Bron: Weesrekeningboeken, inv.nr. 131, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 17-20). |
|