Notities persoon | LET OP: in deze periode is er nog een Fedde Cornelis, woonachtig te Beets, gehuwd met Griet Intiedr. (1626 e.l.). 26 augustus 1624 Douwe Alles en Siouck Wijbedr. kopen part van een halve zate land in Lippenhuizen, nu in gebruik van Fedde Cornelis. mandeling met nagenoemde verkopers broers en zusters en van de erfgenamen van Alle Oedses en Auck Oedzedr. In koop verkregen van Ate Hidzerts voor 96 goudguldens (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 107 folio 134, foto 72).
30 mei 1625 Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. te Lippenhuizen verklaren 150 philips guldens schuldig te zijn aan Hendrick Jans en Trijn Allerts echtelieden te Duerswolt [geregistreerd 10 september 1625] (bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 163 foto 22, folio 34).
7 juni 1625 Verschenen zijn voor de secrataris van het gerecht van Opsterland Boecke Sijbes en zijn schoonvader Fedde Cornelis enzerzijds en Sijbe Boeckes, als legitieme administrator over zijn twee weeskinderen door wijlen zijn vroegere huisvrouw Sijdtts Jouckedr. verwekt, gesterkt met Poepe Minnerts oom van de wezen. hebben met elkaar een boedelliquidatie gemaakt waarbij Boecke zijn vader 60 philips guldens zal betalen tot vergoeding van gekochte goederen en verdeling van de schulden der weeskinderen. handtekening (bron: archief Nedergerecht Opsterland, weesboeken, inv. nr. 64 folio 231 foto 114).
23 maart 1626 Fedde Cornelis en Sijdtts Jouckedr. verklaren gekocht te hebben zekere pondemate hooiland gelegen in “Waelden bij de Boerslaen”, de erfgenamen Tiebbe Taeckes ten oosten, de Boerslaen ten westen, strekkende van de Walle tot aan de Patroonslanden van Lippenhuizen, gekocht van Joucke Reijnties en Tietts Jansdr. echtelieden [wellecht de ouders van Sijts Jouckedr.?] voor de som van 90 philips guldens (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 107 folio 163, foto 319).
29 juni 1628 Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. te Olterdorp verklaren 100 philips guldens schuldig te zijn aan Lol Tiercxdr. te Beetsterzwaag [geregistreerd 20 december 1630].(bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 163 foto 245, folio 316).
27 mei 1628 Boecke Sijbes en Jell Feddedr. zijn erfelijk nog schuldig aan zijn zuster Rompck. Sijbedr. 19 philips guldens 17 stuivers en 12 penningen en de aankoop van Rompckes aandeel in haar huis in Selmien op de Patroons zate voor een bedrag van en Schoonvader is Fedde Cornelis, die ondertekent de akte in 1630 pas. Boecke Sijbes tekent met een handmerk. Hij belooft het bedrag per 1 mei 1629 te betalen. Dit op straffe van een boete (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 13 folio 155, foto 155).
8 juni 1629 Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. te Olterdorp verklaren 50 caroli guldens schuldig te zijn aan Fopck Jansdr. wed. van wijlen Jan Jans de Olde te Beetsterzwaag vanwege geleverde winkelwaren [geregistreerd 29 maart 1631].(bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 163 foto 249, folio 322).
8 juni 1629 Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. te Olterdorp verklaren 100 philips guldens -doende 25 stuivers per gulden- schuldig te zijn aan Tije Engberts en Sijtske Jelledr. kooplieden te Beetsterzwaag vanwege geleverde winkelwaren en[geregistreerd 24 mei 1631].(bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 163 foto 259, folio 336).
9 mei 1630 Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. wonende te Olterdorp verklaren een schuld te hebben van 100 goudguldens aan Wisse en Wobbe Walles gebroeders wonende in Terwispel, [geregistreerd 5 juni 1632] 7 juni 1630 Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. wonende te Olterdorp verklaren een schuld te hebben van 100 goudguldens aan Melle Tiakes wonende in Terwispel [geregistreerd 5 juni 1632].(bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 163 foto 25 en 26).
21 mei 1630 Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. wonende te Olterdorp verklaren een schuld te hebben van 50 goudguldens aan Jacob en Hendrick Claesse zonen als voogden van Gebbe Claesse dr. hun zuster wonende in mede in Olterterp wonend [geregistreerd 20 mei 1633]. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 163 foto 55 folio 70).
31 maart 1631 Fedde Cornieles en Sijts Jouckedr. doen proclameren de aankoop van een stuk heideland te Olterdorp ten zuiden van Take Sytties gekochte bouwkamp, strekkende van dezelfde bouwkamp tot aan het dwarsland, hebbende ten oosten Claes Jacobs Erven , ten westen Ulckie Frericx met vrije uitgang tot aan de Hereweg voor 69 goldguldens gekocht van Goijtie Sytties en de Erven van Gees Sijn overledene wijlen huisvrouwe. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 108 foto 186).
7 juni 1632 Fedde Cornieles en Sijts Jouckedr. doen proclameren de aankoop van een “holtbosch” zijnde de noordereinde van de Saete gelegen te Olterdorp, zijnde ongeveer 6 akkers breed waarvan de proclamenten de helft zullen genieten met nog de helft vane en bouwkmap van eerdergenoemde Saete, strekkende van de weg ten zuiden tot aan een zekere dwarssloot, zonder enige lasten, met nog de helft van een stuk heideland, strekkende van de bouwkampsloot, ten zuiden een zekere dwarssloot, deze 3 percelen in koop verkregen van Siurt Alles en Taetscke Ipedr. Wiarda echtelieden wonende te Beets voor de som van 185 goudguldens. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 108 foto 241).
6 juni 1633 Fedde Cornelis wonende te Olterdorp en zijn vrouw Sijdts Jouckedr. verklaren 190 goudguldens schuldig te zijn aan mijheer Martinus Fockens mede-Gedeputeerde van de Staten van Friesland, vanwege achterstallige landhuur over 1632 en 1633, onder hypotheek van zijn huis en schuur staande in de zate en lande van de heer Fockens. Kantlijn: 29 mei 1650 compareerde Rebbe Feddes met de verklaring dat de schuld is voldaan (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 13 folio 80, foto 80).
1 juli 1633 Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. zijn echte huisvrouw, wonende tot Olterdorp doen proclameren verklaren 190 goudguldens schuldig te zijn aan de heer Martinus Fockens ter zake van achterstallige landhuur over het jaar mei 1632 en mei 1633 en vanwege verschoten penningen, onder hypotheek van huis en schuur en landerijen te Olterdorp op de Saetelanden van de Heer Fockens en zijn overige goederen. [6 juni 1635 geregistreerd] Kantlijn 27 mei 1650 Rebbe Feddes verzoekt cassatie van de registratie. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 165 foto 24, folio 28).
11 juni 1635 Saecke Tijens en Aucke Andringa doen proclameren de aankoop van een holt bosch aan het oosteinde van Olterdorp met geboomte en plantagie mandelig met Tieble Gauckes, hebbende ten oosten de pastorie van Olterdorp, van Fedde Cornelis en Sijts Jouckedr. voor de som van 80 goudguldens (bron: archief Nedergerecht Opsterland, proclamatieboeken, inv. nr. 109 folio 145, foto 74).
30 januari 1637 Fedde Cornelis en zijn erfgenamen wonende tot Olterdorp verklaren schuldig te zijn aan de Edele Heer Martine Fockens 190 goudguldens volgens een obligatie met daarboven nog 175 goudguldens ten gevolge van achterstallige landhuur, verschenen mei 1635 en mei 1636 en nog 75 goudguldens aan landhuur voor een deel reeds verschenen mei 1637. Maakt alles te samen 540 goudguldens. Medeschuldenaar Mintie Cornelis op Terwispelerdijk in naam voor zijn vrouw Tijett Feddedr. en Ruijrdt Gijels eveneens te Terwispel als gezamenlijke borgen, elk voor de helft. Laatsgenoemde verklaren als borg te zullen betalen 440 goudguldens (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 15 foto 203).
9 februari 1638 Fedde Cornelis wonende tot Olterdorp verklaart als eigen schuld over te nemen de helft van de aangeërfde schulden van Cornelis Feddes aan de wezen en erfgenamen van Siurt Jelles 40 philips guldens aangaande een obligatie van 28 mei 1622 (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 15 foto 279).
19 april 1638 Fedde en Meijntie Corneliszonen samen met Ruijker Gijels en elk bijzonder contumae [bij verstek] de erfgenamen van wijlen de edele Heer Marten Fockens tot betlaing van 440 goudguldens. (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 15 foto 293).
22 augustus 1639 Fedde Cornelis citeert de erfgenamen van Meinse Cornelis (bron: archief Nedergerecht Opsterland, recesboeken, inv. nr. 16 folio 72).
10 april 1640 Meijntie Cornelis citeert Fedde Cornelis vanwege een schuld van 40 philips guldens (bron: archief Nedergerecht Opsterland, sententieboeken, inv. nr. 46 folio 344, foto 174).
2 mei 1641 [geregistreerd] Fedde Cornelis en Syts Jouckedr. echtelieden te Olterterp verklaren verkocht en overgedragen te hebben aan Rebbe Feddes en Trijn Piters onze zoon mede wonende te Olterterp de gerechte helft van huis, schuur en schapenhok, op de landen Wijschien Fockens toebehorende en tegenwoordig door de kopers bewoond en gebruikt, voor de som van 600 goudguldens. Akte 1 mei 1639. Was getekend Fedde Cornelis en voor Syts Jouckedr. daar zij het schrijven niet gewoon is tekent B. Boelens (bron: archief Nedergerecht Opsterland, hypotheekboeken, inv. nr. 165 folio 20). |
|