| Notities persoon | genoemd in het regeister van naamsaanneming van 1811 van Drachten, is dan 9 jaar oud.
Bij de afwikkeling van de erfenis van haar ouders in 1835 ondertekent ze de akte samen met haar andere oudere zusters. Bronvermelding
Minuut-akten 1834-1836, archiefnummer 26, Notarieel archief - Tresoar, inventarisnummer 032042, aktenummer 03929 Gemeente: Smallingerland
Periode: 1834-1836.
De transcripties hieronder vermeld handelen over het verblijf van Saakjen van Eik in het armenhuis van Drachten. Zij werd hier door haar zonen Kornelis en Poppe uit gehaald in 1871.
bron: Archief van de burgemeester als hulpofficier en als hoofd van de politie Inventarisnummer 19 Klagten, verhooren getuigen en beklaagden 02071867-28101871 (transcriptie op internet te vinden met de volgende link: https://www.smallingerland.nl/archiefonderzoek/Verhoorboeken/Verhoren.html). Mij is niet bekend wie de transcripties heeft gemaakt (bron internet 21-2-2019).
16-03-1871 Verscheen Ate Durks Visscher oud 72 jaren armhuis baas in het armhuis te Dragten die zich beklaagde dat zondagmorgen jongstleden den 12 dezer des morgens tusschen elf en twaalf uren zich aan het armhuis hadden vervoegd Pope van Eik weversknecht te Dragten en Kornelis ven Eik arbeider wonende te Beetsterzwaag die hadden te kennen gegeven na eerst gevraagd te hebben of Ritske ook te huis was (waarmede bedoeld werd de bediende van den comparant) en waarop een ontkennend antwoord werd gegeven dat zij hunne moeder Saakje Popes van Eik in het armhuis verpleegd wordende uit het tuchthuis zouden halen waarop de comparant door zijne dochter had laten weten dat zulks niet konde gebeuren dat zij zich naar moesten verwijderen waaraan zij met tegenstreven voldeden. Dat genoemde personen daarop langs de steeg zich tot in het armhuis hebben begeven en hunne moeder die zich in een der zalen bevond aldaar hebben weggehaald tegen den wil van het bestuur van het huis. Dat de comparant de bediende Ritske bij zijne thuiskomst verwittigde dat bovengenoemde personen zich in het armhuis bevonden waarop deze dadelijk naar hen is toegegaan. Dat de comparant daarbij niet is tegenwoordig geweest en alzoo niet kan verklaren wat aldaar is voorgevallen. w.g. Ate D. Visscher F.S. Reiding.
16-03-1871 Verscheen Ritske Kornelis van der Wielen oud 30 jaren bediende in het algemeen armhuis te Dragten bij Ate Durks Vischer armhuisvader, dewelke zich beklaagde dat zondag jl. den 12 dezer des middags omstreeks twaalf uren zich zonder vergunning daartoe te hebben bekomen in het algemeen armhuis aldaar hadden begeven Pope van Eik weversknecht wonende te Dragten en Kornelis van Eik arbeider te Beetsterzwaag met oogmerk om hunne moeder Saakje van Eik verpleegde aldaar daaruit wegtehalen. Dat de comparant zulks oplast van zijn baas had geweigerd. Dat Pope van Eik daarop aan den comparant allerlei verwijtingen had gedaan onder anderen dat de comparant van het armhuis leefde de baas en de kindskinderen en daarbij nog aan den comparant toevoegde de woorden " Gij zijt een schelm". Dat Kornelis van Eik aan den comparant heeft gedreigd dat als hij hem buitenshuis had, hij hem zoude krijgen en zich daarbij tevens in eene dreigende houding voor den comparant plaatste als wilde hij hem zoo dadelijk slaan en zich daarop in eens verwijderde en zich tot den armvoogd Kuipers had begeven terwijl Pope zijne moeder mede uit het armhuis heeft genomen. Dat de moeder Saakje van Eik zich ’s avonds weer heeft aangemeld om in het armhuis te worden opgenomen doch dat zij op last der armvoogden toen opnieuw niet is toegelaten. Dat dit reeds de derde maal is dat Pope van Eik op zulk eene onbetamelijke wijze den comparant beleedigde en met scheldoorden overlaadde. Dat omtrent dit voorgevallene getuigenis kunnen geven Jeen Pool en Jan Modderman bedeelden in het algemeen armhuis. w.g. Ritske Kornelis v.d. Wielen en F.S. Reiding
16-03-1871 Verschenen Jeen Pool arbeider oud 62 jaren wonende te Dragten en Jan Sjoerds Modderman oud 76 jaren arbeider mede wonende aldaar welke daaromtrent gevraagd hebben verklaard dat zij beiden hadden gezien en gehoord dat op zondag jl. den twaalfden dezer maand ’s middags omstreeks twaalf uren zich aan het algemeen armhuis te Dragten hadden vervoegd de personen Pope van Eik weversknecht te Dragten en diens broeder Kornelis van Eik arbeider wonende te Beetsterzwaag welke met geweld hunne moeder Saakje van Eik verpleegde in het algemeen armhuis hadden gedwongen om zich buiten het armhuis te begeven. Dat deze vrouw in de eerste plaats daar aan niet heeft voldaan zeggende dat zulks haar was verboden door de voogden. Dat Pope van Eik daarop haar had toegevoegd dat de armvoogd Kuipers daartie verlof had gegeven waarna zij ook met hare zoons was vertrokken. Dat tijdens dat die personen in het armhuis vertoefden zij zich zeer brutaal hadden gedragen tegen den bediende Ritske van der Wielen die bepaald had geweigerd dat Saakje van Eik zich uit het armhuis zoude begeven. Dat zulks plaats heeft gevonden in de zaal van het armhuis waarin de comparant en verdere bedeelden zich bevonden alsmede Saakje van Eik. Dat beide comparanten hebben gezien en gehoord dat Pope van Eik aan Ritske van der Wielen had verweten dat hij uit het armhuis leefde alsmede de baas zijne kinderen en kindskinderen. Dat zij evenwel niet hebben gehoord dat Pope van Eik aan Ritske had toegevoegd de woorden " Gij zijt een schelm". Doch wel dat Pope had gezegd " Als ik dij onder vier oogen krijg dan zult gij het wand hebben". Dat Kornelis zich ook hevig aanstelde en met gebalde vuist voor Ritske had gestaan en gedreigd hem te slaan. Dat zij ten slotte waren weggegaan en hunne moeder hebben medegenomen. w.g. J.J. Pool J.S. Modderman en F.S. Reiding. |
|
