Notities persoon | in het vuurstedenregister van 1684 staat de weduwe Hermen Hendriks vermeld, zij moet woonachtig zijn geweest aan het Westeinde in de buurt van de kerk. Ze was een pauper, dwz armlastig en hoefde het vuurstedengeld niet te betalen. Ik vermoed dat Hermen Hendriks de vader is van Gebbighjen, Geertjen, Jennigjen en Jan. Dit vermoeden is gebaseerd op het gegeven dat bij de huwelijksregistratie van de eerste 3 wordt vermeld dat ze de nagelaten kinderen zijn van Hermen Hendriks (1687, 1696 en 1701). De vrouw van Jan Hendriks (of mogelijk één van de echtgenotes) heette vermoedelijk Swenneken. Dit is afgeleid uit de gegevens van vernoemde kinderen van Jennegjen, die zo lijkt het, keurig vernoemd zijn naar de grootouders. Namelijk kind: 1 zoon, Jan is vernoemd naar grootvader van vaderszijde. kind: 2 zoon, Hermen is vernoemd naar grootvader van moederszijde Hermen. gezien voorgaande vernoemingen lijkt het aannemelijk dat het derde kind dochter Gerrtruet vernoemd zal zijn geweest naar de grootmoeder van vaderszijde en Swenneken als 4e kind en dochter naar de grootmoeder van moederszijde. De naam Swenneken is redelijk weinig voorkomend in Vriezenveen en aangezien Jan Hermsen Bom ook een dochter Swenneken heeft en zelf het patroniem Hermsen vermoed ik dat hij eveneens een mogelijke zoon is van deze Hermen Hendriks. Nu zouden er natuurlijk meer Hermen Hendriksen kunnen zijn geweest, maar in het vuurstedengeldregister van 1684 wordt slechts de weduwe Hermen Hendriks genoemd. In het zoutgeldkohier van 1694 wordt de naam Hermen Hendriks 1 maal genoemd. Hoewel de namen Hermen en Hendrik vrij algemeen zijn voor Vriezenveen geldt dit voor de combinatie van Hermen met het patroniem Hendriks dus niet. Tenslotte woonden alle 4 de kinderen aan het Westeinde in de buurt van de kerk en behoorden allen tot de lagere sociale klasse van het dorp. Alereerst was de weduwe Hermen Hendriks volgens het vuurstedengeldregister zelf armlastig. Tonnis Jaspers (gehuwd met Geertje Harmsen) staat in het zoutgeldkohier van 1702 als pauper te boek. Dit is ook het geval voor Lucas Camp, gehuwd met Gebbighjen Hermsen (zowel 1694 als 1702). Voor Gerrit Jansen, gehuwd met Jennigjen Herms, geldt eveneens dat hij bij de armlastigen van het dorp behoorde. Ook Jan Hermsen Bom moet onderaan de sociale ladder hebben gebungeld. In het verpondings en contributieregister van 1723 wordt hij, evenals zwagers Lucas Camp en Gerrit Jansen [de Kerre], aangeslagen voor een stuiver en daarmee behoorde hij evenals de rest van deze familie tot de maatschappelijke onderlaag van Vriezenveen. |
|