Notities persoon | genoemd in een erfrechtkwestie als de grootmoeder van o.a. Fennigjen Bramer (zie notities Fennigjen, gedoopt 1722). Komt in de doopregisters van Amsterdam een aantal keren voor als getuige bij dopen van kleinkinderen, veel nakomelingen van Hermtjen Hendriks vestigen zich in Amsterdam. Uit de doopregisters komt "Harmpie Hendriks" bij dopen van kinderen van zoon Fredrik 2 x als getuige voor (1725 en 1737). In 1731 komt er een zekere "Harmpje Keijser" als getuige voor. Ik denk dat ze identiek zijn, 2 x onder een patroniem en 1 x onder de familienaam. Ook komt als getuige bij een doop van een kind van Fredrik nog een Femmetje Keijser voor afkomstig van Vriezenveen en ook de echtgenoot van Femmetje, Hendrik Spruijtenberg is 1 x getuige. Dit versterkt het vermoeden nog meer dat de familie Keijser verwant is aan Fredrik Engbers (zoon van Hermtjen Hendriks die zich in Amsterdam vestigde). In 1748 bij de volkstelling is de weduwe Hendrik Boer inwonend bij haar dochter en schoonzoon Gerrit Schipper ergens op het midden van het Westeinde. Het is bekend als het oude Coessiesspil en was gelegen op nummer 325-327. (Bron: Ken uw dorp en heb het lief, blz. 226-227).
In 1726 wordt ze genoemd Harmtje Henricks, de weduwe van Kremers Bour (bron: Schoutenarchief Vriezenveen inv. nr. 25, foto 334).
14 april 1736 testament Everhardus Zegerius en Jannetje Doctors bij notaris Angelkot te Amsterdam, het is een langstlevende testament. Vermeld wordt nog hun enig kind Femmina Zegerius. Mocht testatrice geen kinderen achterlaten dan wordt erfgenaam haar moeder Harmpje Hendriks wed. van Hendrik Barents Boer, woonachtig op het Vriesseveen voor haar legitieme portie. (Bron: Notariële archieven Amsterdam, archiefnummer 5075, inventarisnummer 8525, aktenummer 216).
11 juli 1741 Quitantie van Gerrit Beerens Schipper wonende te Vrieseveen, als procuratie hebbende van zijn schoonmoeder Harmpje Keijser, laatst weduwe van Hendrik Boer, ten behoeve van Fredrik Blaauw en Everardus Segerius. Zijnde Harmpje Keijser een zuster van wijlen Femmetje Keijser. verklaart te hebben ontvangen uit de boedel van wijlen Femmetje Keijser een legaat van 2.000 guldens. Volgens testament van 24 november 1729. (Bron: Amsterdam, Notariële archieven, archiefnummer 5075, inventarisnummer 8546, aktenummer 335).
24 augustus 1741 voor Notaris Angelkot te Amsterdam.Testament van Fredrik Engberts Blaauw en Jannetje Heijmen echtelieden wonende op de (Nieuwezijds)Kolk. Testament op langstlevende. Verder komt Fredriks moeder Harmpje Keijser, laatst weduwe van Hendrik Boer haar legitieme portie toe. Fredrik Engberts Blaauw ondertkent het testament met een merkteken. Jannetje Heijmen met een handtekening. (Bron: Notariële archieven, archiefnummer 5075, inventarisnummer 8546, aktenummer 393). |
|