TERUG NAAR START
Yme (ook Yeme, Eijme, Eme) Lieuwes
1676_emelieuweszww.jpg
GeslachtMan
Leeftijd> 70 jaar
 
Geboren1640teHuizum (Leeuwarderadeel)
Overleden> 1710teLeeuwarden
))))))))))))))))))))))))))))
Vader Lieuwe Ottes
 Geboren ± 1600
 Overleden ?-2-1676 v.Chr.
Moeder Ebeltie (ook IJbel) Sietses
 Geboren ± 1610
 Overleden 1655
Broer  Albert *± 1645
Broer  Ulke *± 1647
Broer  Jacob *1648
Zus  Trijntje *± 1649
Halfbroer  Otte *± 1630
Halfbroer  Albert *± 1632
Halfzus  Attie *± 1634
Halfzus  Ybel *1657
Halfzus  Ulckje *1661
Halfbroer  Willem *1663
Halfbroer  Rintie *1671
 
Huwelijk 20-1-1667 te Hardegarijp/Rijperkerk
 
metImckien Gerrijts
 Gedoopt24-7-1636
 Overleden> 1678
NotitiesNH-kerk
Kinderen  Foppe
IJbeltje
Huwelijk 5-2-1698 te Leeuwarden
 
metEngel Pijters (ook Piers)
 
Notities persoonbij huwelijk wonende te Huizum. In 1690 ingeschreven als burger te Leeuwarden, geboortig van Huizum.
Herbergier te Hardegarijp. Herbergier in ’t Rechthuijs te Hardegarijp (bron: Genealogysk Jierboekje 1988, blz. 93). Vanaf 1694 bekend als stalman te Leeuwarden.
Op 24 september 1694 verkoopt Yme Liuwes zijn herberg te Hardegarijp aan Hector Glinstra, grietman van Tietjerksteradeel. Yme is dan reeds woonachtig te Leeuwarden. De koop omvat een zekere huizinge, bestaande uit 3 benedens met een opkamer en keuken, schuur, hovinge en plantage met alles wat hierbij hoort, zijnde de herberg vrij van grondpacht of andere lasten, hebbende naastgelegen Pijtter Jeltes c.s. ten oosten, Siuwe Beerns ten westen, de weg ten zuiden en Jetse Classen c.s. ten noorden. Mede in de koop zijn begrepen navolgende mobilia, zoals tafels, kantoor zitbanken, spinde, en schuttelbank aldus verkocht door Yme Liuwes tot Leeuwarden voor hem en als voogd over zijn dochter en Foppe Imes meerderjarige persoon op eigen titel, voor de som van 200 goldguldens 20 Car. guldens en een halve ducaat voor eerdergenoemde dochter. (bron: Archief Nedergerecht Tietjerksteradeel, inv. nr. 55 folio 21).

Hypotheekboek
Bron: Tietjerksteradeel hypotheekboeken Soort registratie: Tietjerksteradeel hypotheekboeken aktedatum: 07-05-1667
Bijzonderheden: Wybe Bartelsz, Hardegarijp, mede voor zijn vrouw Antie Roorts, verklaart £ 50 tegen 5% rente schuldig te zijn aan Ime Lieuwes en Imck Gerrytsdr, el. aldaar; geroyeerd op verzoek van de crediteur 2 mei 1672

Hypotheekboek
Bron: Tietjerksteradeel hypotheekboeken Soort registratie: Tietjerksteradeel hypotheekboeken aktedatum: 28-04-1668
Bijzonderheden: Aarnt van Hillama te Bergum, in kwaliteit als curator over Foppe Haarsma, verklaart £ 1400 schuldig te zijn aan Imcktien Gerrytsdr, huisvrouw van Ime Lieuwes, als erfgename van haar overleden kindje, dat erfgenaam was van Foppe Haarsma; Hillama heeft afrekening gedaan, de ontvangsten overtreffen de uitgaven met £ 1400; aantekening dat hierop is afbetaald £ 400, 26 juni 1668.

Hypotheekboek
Bron: Tietjerksteradeel hypotheekboeken Soort registratie: Tietjerksteradeel hypotheekboeken aktedatum: 19-04-1670
Bijzonderheden: Koopcontract; Ime Lieuwes, herbergier te Hardegarijp, mede voor zijn vrouw Imckjen Gerrits, verkoper; Wouter Jans en Wypck Ales (elders: Wymck Alles), el. aldaar, kopers van een huis en schuur, hovinge, bomen en plantagie cum annexis, staande en gelegen op Hardegarijp, invoegen "reede" door mr. Anne Everts wordt bewoond, "en in eygendom van de selve in coope becomen heeft", bezwaard met ƒ 1 eeuwige grondpacht aan de pastorie aldaar, hebbende deze huizinge en plaats Baucke Eelses mr. smid ten oosten, de pastorie ten zuiden en westen, de hereweg te noorden; aldus verkocht voor ƒ 260, te betalen in twee gelijke jaarlijkse termijnen. Daar de kopers al voor de koop een jaar huur hebben bekomen moeten zij daarvoor ook (deze) ƒ 17 vergoeden; ze mogen in dit huis niet tappen of laten tappen (was sinds 1615 een herberg geweest).

Hypotheekboek
Bron: Tietjerksteradeel hypotheekboeken Soort registratie: Tietjerksteradeel hypotheekboeken aktedatum: 10-12-1670
Bijzonderheden: Akkoord volgens uitspraak van de grietman jr. Douwe van Unia en mr. Anne Everts; partijen: Oets Poulus, Melle Poulus en Aaltie Poulus, te Veenwouden, Menaldum resp. Hardegarijp, mede voor hun minderjarige broeder Jan Poulus, tezamen erfgenamen van wln. Poulus Oedses en Assell Mellis, hun ouders, contra Jan Baniers Offringa, procureur-fiscaal, ambtshalve voor zichzelf, en mede als lasthebber van Jacob Jacobs Kunst te Hardegarijp; de erven verklaren £ 182 schuldig te zijn "ter causa mes trecken, bij ons wijllen vader tegens Jacob Jacobs gepleegt, alsmede nopens de injuriën en wondinge van de sneed aen Jacob Jacobs in sijn wange gedaan" en het salaris etc. van Offringa; Jacob Jacobs zal hiervan ƒ 60 ontvangen. Hiermede zijn de procedures beëindigd; de erven zullen de gerechtskosten betalen, evenals de verteringen ten huize van Ime Lieuwes, herbergier te Hardegarijp, gisteren en vandaag over deze uitspraak "gevallen". Onderpand: de landen, door wln. ouders nagelaten, gelegen bij de Keizersdijk (zie ook fol. 175v, gaat hieraan vooraf)

Hypotheekboek
Bron: Tietjerksteradeel hypotheekboeken Soort registratie: Tietjerksteradeel hypotheekboeken aktedatum: 06-03-1675
Bijzonderheden: Yme Lieuwes, herbergier te Hardegarijp, mede voor zijn vrouw Ymck Gerryts, verklaart £ 400 tegen 5% rente schuldig te zijn aan Jacob Sytses en Attie Lieuwes, el. te Huizum

Hypotheekboek
Bron: Tietjerksteradeel hypotheekboeken Soort registratie: Tietjerksteradeel hypotheekboeken aktedatum: 16-04-1676
Bijzonderheden: Koopcontract; Ime Lieuwes en Imcktien Gerrytsdr, el. te Hardegarijp, verkopers; Hendricktien Roeloffs te Leeuwarden, koperse van 6 pondematen miedland, gelegen op het "Suyder Ruyghlant" onder Tietjerk, hebbende Johan van Burum ten oosten, Epeus van Glinstra weduwe ten zuiden, "de Luyne" ten westen, de erven van Scipio Meckama van Aylva ten noorden; vrij van floreen; te betalen contant bij de derde proclamatie, kosten koper; aldus verkocht voor ƒ 133 met een halve rijksdaalder propijn.
(Bron van de extracten uit de hypotheekboeken: Allefriezen.nl).

11 december 1655
Vader: Lieuwe Ottes
Kinderen: Yme Lieuwesz, oud omtrent 15 jaren, Albert Lieuwesz, Jacob Lieuwesz, Ulke Lieuwesz, Trijntie Lieuwesdr.
Requirant gesterkt met Jacob Sytses, hun oom
Curator: Feite Jans en Auke Sijtses ad actum divisionis (Bron: Autorisatieboeken, archiefnummer 13-24, Nedergerecht Leeuwarderadeel - Tresoar, inventarisnummer 070, blad 005, aktenummer 017 foto 7).

14 december 1674 Ime Lieuwes te Hardegarijp doet proclameren de aankoop van 4 mad mieden voor 150 goudguldens van Gerrijt Johannes. (Bron: Tietjerksteradeel proclamatieboeken inv. nr. 54 foto 42).

22 april 1678 Hendrickien Roeloffs te Leeuwarden doet proclameren de aankoop van 6 pondematen miedland op het Zuider Ruigland onder Tietjerk van Ime Lieuwes en Imcke Gerrijts te Hardegarijp voor de som van 133 goldguldens (Bron: Tietjerksteradeel proclamatieboeken inv. nr. 54 foto 126).

27 mei 1689 [eerste proclamatie] Jan Hendricx en Aelte Rinsesdr. echtelieden te Oostermeer doen proclameren de aankoop van een daalder jaarlijkse grondpacht gaande uit het huis van Dirk Hanses mr. smid alsmede een daalder jaarlijkse grondpacht uit het huis van Sicke Naminus van Ieme Lieuwes wonende te Hardegarijp voor hem zelf en namens zijn vrouw Imck Gerrijtsdr. voor de som van 69 caroli guldens (Bron: Proclamatieboeken Nedergerecht Tietjerksteradeel inv. nr. 55 foto 66 folio 131)

Weesboek inv. nr. 36, foto 4.
6 mei 1691 wordt Yme Lieuwes vermeld in de afrekening van de boedel van Hercke Siouckes en Piettie Abes hij staat vermeld als borg voor een uitstaande schuld ten gunste van Johannes Wassenburgh van 32 guldens en 10 stuivers.

6 april 1691 Yme Lieuwes curator over zijn broer Jacob Lieuwes, mede-administrator Uilt Lieuwes. Afrekening weesboek door IJme Lieuwes over de periode 1676-1691. 17 mei 1676 datum van ingaan curatorschap. Ondertekenaars Eme Lieuwes en Uilke Lieuwes. Eme Lieuwes wordt van het caratorschap na afsluiting van de rekening in 1691 ontslagen. (Bron: Weesrekeningboeken, inv.nr. 136, Nedergerecht van Leeuwarderadeel - Tresoar, foto 294-299).

29 juni 1694 Ime Lijeuwes stalman te Leeuwarden citeert Jan van der Maesel vanwege 5 caroli guldens vanwege 3 dagen achterstallige stalhuur (Bron: pleidooiboeken, inv.nr. 2953, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 95).

24 september 1694 verkoopt Yme Liuwes zijn herberg te Hardegarijp aan Hector Glinstra, grietman van Tietjerksteradeel. Yme is dan reeds woonachtig te Leeuwarden. De koop omvat een zekere huizinge, bestaande uit 3 benedens met een opkamer en keuken, schuur, hovinge en plantage met alles wat hierbij hoort, zijnde de herberg vrij van grondpacht of andere lasten, hebbende naastgelegen Pijtter Jeltes c.s. ten oosten, Siuwe Beerns ten westen, de weg ten zuiden en Jetse Classen c.s. ten noorden. Mede in de koop zijn begrepen navolgende mobilia, zoals tafels, kantoor zitbanken, spinde, en schuttelbank aldus verkocht door Yme Liuwes tot Leeuwarden voor hem en als voogd over zijn dochter en Foppe Imes meerderjarige persoon op eigen titel, voor de som van 200 goldguldens 20 Car. guldens en een halve ducaat voor eerdergenoemde dochter. (Bron: Proclamatieboeken Nedergerecht Tietjerksteradeel inv. nr. 56 folio 21). 21 december 1696 [eerste proclamatie] doorverkoop door de Heer Hector van Glinstra, Grietman van Tietjerksteradeel, herberg te Hardegarijp met boedel, zoals eerder gekocht van IJme Lieuwes voor 400 goudguldens aan de chirurgijn Johannes Noordenbos, herbergier, en Grietie Ubles (Bron: Proclamatieboeken Nedergerecht Tietjerksteradeel inv. nr. 56 foto 88). NB: Opvallend een verdubbeling van de verkoopprijs binnen 2 jaar.

7 augustus 1700 Jurjen Jans Eppen mr. grofsmid te Leeuwarden eiser citeert de erfgenamen van wijlen Jan Dirx Brouwer. Eiser stelt een huis gekocht te hebben, gelegen in het Ruiterskwartier, ongeveer ter hoogte van de Wirdumerpoort. De verkoop zou hebben plaatsgevonden onder de voorwaarde dat de tussendeur tussen het pand van verkoper en het door IJme Lieuwes bewoonde huis zou verwijderen. Dat is, ondanks herhaalde verzoeken, niet gebeurd. Eiser eist dat dit alsnog gebeurd en dat de gang door een stenen muur wordt afgesloten. Eiser had zelf het huis in 1699 gekocht van Marten Alberts onder het beding dat de deur tussen eisers gekochte huis en IJme Lieuwes bewoonde huis in mei 1699 verwijderd zou worden en op kosten van Marten Alberts met een stenen muur zou worden dichtgemaakt, echter Marten Alberts ook eigenaar van het buurhuis, verhuurde de naastgelegen woning aan IJme Lieuwes en heeft de eiser het recht om water te mogen halen voor dat jaar aan IJme Lieuwes vergund (Bron: pleidooiboeken, inv.nr. 2976, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 21 ev.Zie ook proclamatieboek 3576 foto 87, Gemene straat ten zuiden, akte dd 4 februari 1698 eerste proclamatie 1100 caroli guldens).


10 december 1706 Ime Lieuwes arrestant citeert Andreas Hack Ruiter van de Garde du Corps. Schuld van 32 caroli guldens voor geleverd hooi. IJme Lieuwes zit in het gasthuis van Leeuwarden op 9 december 1706. De eiser heeft gewqond in het Ruiterkwartier in een gehuurd huis en bezit er geen enkele steen en zal als zodanig borg moeten stellen, aangezien geen bezit voor handen om de Pleitkosten te dekken (Bron: pleidooiboeken, inv.nr. 3000, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 78).

28 juni 1709 Ytie Keimpes huisvrouw van Murk Goslings te Bergum (eiser), erfgenaam van haar wijlen eerste man Freerk Albarts die voor een zesde deel erfgenaam was van zijn wijlen oom Jacob Lieuwes citeert Uilke Lieuwes (gedaagde) en eist derhalve een zesde deel van duizend dertien caroli guldens en 9 stuivers, volgens slot van de Weesrekening dd 6 april 1691. Verweer van Uilke. Vader Lieuwe Ottes heeft op zijn doodsbed in februari 1676 bepaald dat aan zoon Jacob Lieuwes, die innocent (onnozel of zwakbegaafd) was, nagelaten is -buiten de erfenis van de andere kinderen om- 1500 caroli guldens voor onderhoud te gebruiken, zolang hij mocht leven. Dat heeft Uilke met handtastinge moeten beloven aan zijn vader Lieuwe Ottes. Jacob is altijd zeer onrustig en kwaadaardig geweest en heeft vele malen Uilke en andere mensen met een mes nagejaagd en heeft zaken kapotgestoken met een mes, en heeft vaak de staarten van de koeien gebroken, tot een keer bij 20 koeien in één gebeurtenis. Smeet soms alles kapot, en echtgenote Saeckien Ubles heeft vaak in levensnood verkeerd door de bedreigingen van Jacob. Ook heeft hij vaak gedreigd de hals van de kinderen door te snijden. Gedaagde heeft door de voogdijschap over zijn krankzinnige broer grote financiële schade opgelopen en het heeft veel leed en verdriet in het gezin gegeven. Hij heeft zijn broer Jacob onderhouden van februari 1676 tot 1693, aldus 17 jaar. Dat mede wel waar is dat hij volgens de weesrekening aangaande Jacob, in 1691 afgesloten door zijn broer IJme Lieuwes, het restant van 1013 caroli guldens heeft ontvangen omdat hem financieel alles tegenliep en de schuldeisers dagelijks op de stoep stonden. Aan levensonderhoud voor Jacob is echter nadien tussen 1691 en 1693 door Uilke nog besteed per jaar 150 caroli guldens is 300 caroli guldens en voor kleding en schoenen 50 caroli guldens jaarlijks is samen 100 caroli guldens en toen gedaagde niet meer in staat was hem de kost te geven heeft hij voor zijn zwakzinnige broer een plek in het Gasthuis gekocht voor 525 caroli guldens, waarbij ook nog gezorgd moest worden voor een bed en beddengoed en kast, stoel en tafel, waarde hiervan tenminste 100 caroli guldens, zodat van de in 1691 berekende debetsom van de afrekening geen gelden overblijven. Toen Jacob in 1693 stierf heeft Uilke de begrafenis ook nog betaald. De kosten bestonden uit de doodskist, het klokluiden en het doodbidden en nog vier en een halve ton Holllands bier en een graf te Huisum alles samen 80 caroli guldens. Verder de administratiekosten bedragen ook wel 10 dukaten. Het hof bepaalt dat de erfgename Ytie Keimpes recht heeft op een zesde deel van 1013 caroli guldens (het batig saldo van de afgesloten weesrekening in 1691), onder aftrek van een zesde deel van de aantoonbaar gemaakte onkosten (Bron: pleidooiboeken, inv.nr. 3009, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 17-18 en 25-27).

21 mei 1710 Uijlcke Lieuwes hospes binnen Leeuwarden citeert notaris Thomas Carquinii vanwege een schuld van 8 caroli guldens en 4 stuivers vanwege verteringen en kamerhuur. De notaris verweert zich met het feit dat hij diensten zou hebben verleend, door opstelling van een procuratie in de voorkamer van de herberg voor de broer van Uijlcke, Eme genaamd, en waarvoor Uijlcke had beloofd de kosten te zullen dragen (Bron: pleidooiboeken, inv.nr. 3016, Nedergerecht van de stad Leeuwarden - Tresoar, foto 15).