Notities persoon | bij haar overlijden staat vermeld dat Trijntje aan de Rapenburgerstraat woont.
vermeld in het testament van Barentje Raphuijs, gehuwd met Geurt Geurtges, wonend te Amsterdam. Het echtpaar is in goede doen. Tot die erven behoorden een aantal leden van de familie Raphuijs. Dit blijkt uit het testament van Barentje Raphuijs opgemaakt op 27-9-1764 bij notaris Beukelaar voor haar aandeel in de gemeenschappelijke boedel. In dit testament noemt ze zich gewoon weer Raphuijs, ze is bij het opmaken van het testament "onpasselijk van lighamen, haare zinnen, verstand en duijtsprake wel hebbende ende gebruijkende, als uijterlijk bleek". Ondanks haar zwakke gesteldheid leeft ze toch nog langer dan 1 jaar. Ze wordt op 3-4-1766 begraven in de Zuiderkerk. De erven van haar kant zijn nichten en neef Johanna Raphuijs echtgenoot van Teunis Sieuwerts, Jan Raphuijs, Aaltje Raphuijs en Trijntje Raphuijs echtgenote van Claas de Vries (zie huwelijken Amsterdam 1723). Verder de nichtjes Catharina ten Broek, Geesje ten Broek, Maria ten Broek en Christina ten Broek. Zij delen allen voor 1/8 deel in het aandeel van de boedel van Barentje Raphuijs. Christina wordt in het bijzonder extra bedeeld met 1.000 gulden en verder krijgt ze een bed met toebehoren en alle klederen van linnen. Neef Jan Atrop ontvangt een legaat van 250 gulden. Laatstgenoemde deelt niet mee in de verdere boedelscheiding. Nicht Berndina ten Broek, die ook niet meedeelt in de verdere boedelscheiding, krijgt de damasten japon en de fluwelen schoudermantel toegedeeld. Verder gaan de dagelijkse wollen klederen nog naar de eerdergenoemde Vriezenveense nicht Trijntje Raphuijs. |
|