Notities persoon | landbouwer en koopman in tuinzaden. Bewoonde een boerenerf ter hoogte van Oosteinde 219 (huidige nummering). Wordt vanaf 1704 in de boterpachtregisters genoemd. Hij heet dan " Jan Sandt Bour" en heeft 4 1/2 akkers land, welke hij heeft overgenomen van de eerste echtgenote van Hendrikjen Gerrits ten Cate, Hendrik Jansen Bour de Jonge, die als eigenaar in het boterpachtregister van 1700 nog wordt genoemd en voor 1704 overleden zal zijn. Naast de namen Bour, Santbour en Bourman komt Jan Hendriks in 1715 ook nog voor met de naam Hofmeijer in de archieven van schoutambt Vriezenveen, als alias staat dan vermeld Santbour (arch. Sch.ambt Vriezenveen inv. nr. 22). De Hofmeijer als erfnaam kwam voor in Rectum bij Wierden en ook een boerenerf bij Delden heette Hofmeijer. In Wierden komt in 1719 de volgende huwelijksregistratie voor:
trouwboek Wierden 1719 : Den 8 jann: Garrit Hendriksen Hofmeijer, wed: van Engele Keppeling in Rectum met Engele Engbers wed: van Harmen ten Beverdam alhier Dimiss: den 22 jan"
en 1701: Gerrit Henricks soon van Henrick Meulekamp en Jenneken Henricks dogter van Henrik Hofmeijer, beide in Rectum.
Op 6-1-1714 gaan de volgende personen te Wierden in ondertrouw: Jan Albertsen NS van Jan Albertsen en Janna Hendricksen JD van Hendrick Jansen van den ouden Hofmeijer In Rectum onder Rijssen, copul: den 11 febr. Op 17 sept. 1718 huwt te Rijssen Aeltjen Hofmeijer dv Hendrik Hofmeijer met Frerick voor den Boom. en op 26 april 1716 huwt te Almelo (ondertrouw 22 maart 1716) op att. van Rijssen; Jan Aaldering; weduwnaar van Fenneken Zwiersen, in de Heerlijkheid en Geesje Hendrix Oldehofmeijer jd, in Rectum, Gericht Rijssen
Jan Hendriks Santboer en zijn echtgenote Hendrikjen Geerts verklaren op 11-04-1710 een bedrag van 174 car. guldens schuldig te zijn aan de schout Claes Cruis en zijn echtgenote Geertien Schol. In de kantlijn staat dat deze schuld op 26-03-1716 is voldaan (bron: archief Schoutambt Vriezenveen inv. nr.2673 foto 144). Dit is tegelijkertijd de oudste vermelding van de naam Santboer in Vriezenveen. Op 15-10-1712 spreekt Jan Henrixen Olde Jan Santboer aan voor 7 gulden aan schuld vanwege geleverde winkelwaren (arch. Sch.ambt Vriezenveen inv. nr. 22, foto 479).
9-3-1714 verschenen Geesien Jansen wed. van Lucas Braamhaar met Gerrit Henricksen Winter en Henrick Roelofsen Huijsman als haar verkozene mombaren heeft verkocht voor honderd gulden, elke gulden ad 20 stuivers 2 akkers veengrond met vrije opslag, gelimiteert oostwaarts Hinrik Gerritsen Braamhaar en westwaarts Gerrit Roelofs ten profijte van Jan Henrixen Bour en huisvrouw en Gerrit Jansen Faijer en hun erfgenamen (bron: 2673 Sch.a.vr.).
6-4-1726 Jan Henrixen Santbour voor zich zelf en als daghuurder en zijn zoon Albert Jansen, als knecht gediend hebbende bij Gerrit Frericks Caate alias Cort Geert eisen voor het gericht van het schoutambt Vriezenveen betaling van daghuurders en knechtenloon ad 10 gulden 10 stuivers (bron: archief Scha vrv inv.nr. 24 foto 256).
In 1748 zijn Jans landerijen het eigendom van Egbert Jansen Dekker met zijn vrouw Berendje Rutgers. Dekker noemt zich ook wel Hoff. Verder is dan nog inwonend Berend Boer, een stiefzoon van Jan Hendriks Santboer. Of Egbert Jansen Dekker ook een zoon van Jan Hendriks Santboer is, zou kunnen, maar ook is mogelijk dat hij het erf van de erfgenamen Jan Hendriks Santboer heeft gekocht met de verplichting voor de ongetrouwde Berend kost en inwoning te verstrekken, zolang deze ongetrouwd bleef. Dit lijkt ons een hele rare clausule. Hij kwam echter wel vaker voor in die tijd. In het verpondingsregister van 1734 wordt vermeld op deze lokatie (Oosteinde 219) Sant Boer en de kinders Santb. krijgen een aparte aanslag; tot de kinders Santb. blijkt uit de hoofdgeldregisters en de volkstelling van 1748 behoorde in elk geval Berent Hendriksen, mogelijk bewoonden nog meer ongetrouwde Sant(boertjes) in 1738 dit erf.
Zoon Aelbert vestigt zich verder op het Oosteinde op het erf, dat oorspronkelijk van de familie ten Cate was op het Oosteinde en neemt kennelijk de bijnaam Boosman mee naar dit erf gelegen aan het Oosteinde nummer 175 (huidige nummering). Dit erf is verworven via zijn moederszijde. Zij was eerder getrouwd met een ander familielid van de familie Bour genaamd Hendrik Jansen Boer.
Jan wordt in 1737 inzake de hoofdelijke aanslag belast voor 3 personen en moet daarvoor 1,40 betalen, ongeveer gemiddeld.
De familierelaties bij de familie Boer zijn wel erg verwarrend, zeker omdat de vader (Jan Santboer) twee zoons heeft genaamd Jan Hendrixen Bour; deze worden beiden genoemd in een akte uit 1722, dus een patroniem die niet overeenstemt met de voornaam van de vader. (inv. nr. 2959 AHA). Zie hierna.
In 1708 wordt een Jan Henriksen Bour genoemd burger en koopman te Almelo, hij was volgens de bescheiden afkomstig van Vriezenveen en burger geworden van de stad Almelo. Echter later woont hij opnieuw op het Vriezenveen. Deze Jan Bour, gehuwd met Janna Wouters Levelt, heeft in de huwelijksakte echter het patroniem Jansen. Maar hij noemt zich naast Jansen, later dus ook wel Henriksen Boer. Uit de stukken blijkt ook dat Jan Hendriks Bour een broer had genaamd Klaas de Muller (deze was voor 1722 overleden). Op 4-9-1722 legt Claas Kruijs, de schout van Vriezenveen, beslag op de goederen van wijlen Jan Henrixen Bourman, alias de Muller. Uit het archief van schoutambt Vriezenveen inv. nr. 23, blijkt dat dit beslag werd gedaan ten gunste van Jan Cruis in verband met geleverde tuinzaden waarvoor de rekening nog niet betaald was. Eigenaren van de goederen zijn dan: Jan Santboer, als vader, en Jan Henrixen Bourman, als broer. Uit de stukken blijkt dat Bourman met alias de Muller, schulden had aan Jan Engberts Smit en dat hij reisde op Oost-Friesland en Amsterdam. Vreemd is natuurlijk dat zijn broer dezelfde naam had, erg verwarrend. Verder wordt de vader genoemd Jan Santboer, terwijl je zou verwachten, afgaande op het patroniem dat hij Hendrik zou moeten heten. Het lijkt er dan ook op dat Jan Hendriks het patroniem van zijn grootvader heeft overgenomen. Zoiets was overigens niet ongewoon.
Jan Hendriksen Bour, gehuwd met Hendrikje Gerrits (ten Cate?), is dan ook zeker een andere dan Jan Hendriks Bour, gehuwd met Janna Leevelts (huwelijk te Almelo als Jan Jansen Bour van Vriesenveen d.d. 1-10-1693). Het zouden broers zijn, gezien het voorgaande, het is een moeilijk te ontwarren kluwen. (inv. nr. 2959 AHA). Het zou de vader van Albert Santboer moeten zijn, die waarschijnlijk getrouwd is met Hendrikje Gerrits of Geerts. Even de huwelijken van de Boerfamilie op een rijtje rond 1700: (5-1-1689) Hendrik Jansen Bour N.S. van wijlen Jan Jansen Bour en Hendrijkjen Gerrits D.V. Gerrit Luichjes Cate. (30-9-1693) Jan Jansen Boer J.M. van ’t Vrieseveen en Joanna Levelt N.D. van Wolter Levelt uit Almelo .(ook ondertrouw te Almelo, inzegening 1-10-1693.) Ook in Almelo geen aanvullende info over de vader van Jan Bour te vinden, die overigens dan nog moet leven (zie voorgaande akte uit 1722). (11-2-1700) Jan Henrix Boer N.S. Henrik Janszen Boer en Trientjen Klaeszen J.D. van Klaes Meinders. Tenslotte is nog het huwelijk te vinden van: (12-1-1684) Grietje Janszen N.D. van Jan Hendriks Bour en Berent Berentsen N.S. van Berent Janssen.
Ik ga ervan uit dat Jan Hendriks Santboer omstreeks 1702 gehuwd is met de weduwe van Hendrik Jansen Bour, op wiens erf Jan dan ingehuwd zou zijn.
In 1721 treedt Jan Bourman, samen met Hendrik van der Aa en Gerrit Boomcamp op als voogden over de onmondige kinderen van wijlen Jan Bour (bron: schoutambt Vriezenveen inv. nr.23). Ik denk dat met Jan Bourman hier Jan Santboer wordt bedoeld.
In 1722 wordt Jan Hendriks Bourman en zijn vader Jan Santbour aangesproken door Jan Cruis in verband met schulden van wijlen zijn broer Jan Henrixen Bourman alias de Müller in verband met geleverde hofsadinge. Het zal hier om een familiehandelsmaatschap handelen, want Jan Hendriks Bourman en vader Jan Santbour worden genoemd als eigenaren van de hofsadinge (bron: schoutambt Vriezenveen inv. nr.23)
Op 5-2-1733 treedt Jan Hendriks Boer samen met Berent ten Cate op als voogd van Geertje Jansen [Kluppels], de onmondige dochter van Jan Harmsen Kluppels en Metje Gerrits [ten Cate] (bron AHA inv. nr. 2964). Dit suggereert dat Jans vrouw mogelijk een zuster van Metje Gerrits is geweest (voogden zijn vrijwel altijd bloedverwanten), qua datering van geboortedata ontstaat daarbij echter wel een probleem met de link naar de ouders ten Cate (zie database André Idzinga; Vriezenveners.nl), het lijkt niet te matchen. Metje heeft bij André Idzinga overigens een andere vader Gerrit Berends ten Cate geb. ca. 1655 (!) ipv Gerrit Luichens ten Cate, zoals de info van de eerste huwelijksregistratie van Hendrikje Gerrits ten Cate uit 1689 vermeld. Op grond van voornoemde voogdijstelling vermoed ik dat Metje toch een dochter van Gerrit Luichens ten Cate is geweest.
Jan schijnt in onmin met buurman Vijgen Gerrits geleefd te hebben, met zijn [stief]zoon Berent schijnt hij rake klappen aan de buurman Vijgen Gerrits en diens zoon Otte uitgedeeld te hebben, waaraan Otte een groot gat in zijn hoofd had overgehouden (21-01-1721) bron: HAA inv. nr. 3207 foto 20070103b.218.jpg). Tien jaar later leven de families nog steeds in onmin met elkaar en is er een rechtzaak tussen zoon Jan Hendriks Santboer en Otto Gerrits Pil (zoon van Vijgen Gerrits ofwel Gerrit Pil) (bron: AHA inv. nr. 2967). Op 8 juni 1731 weigert Jan Santboer een boete te betalen die hij moest voldoen omdat zijn dochter Vijgen Otte had uitgescholden. Uit een stuk van 7 juni 1731 blijkt dat Jan Santboer ook werd genoemd "Jan Boersvolk" en dat hij toen absent was. (bron: AHA inv. nr. 3241). In 1733 is er een kwestie tussen dochter Hendrikjen Jansen Santboer en Vijgen Otto (bron: Requesten Huize Almelo 21-04-1733, inv. nr. 2964).
koopman in tuinzaden, handelde in maatschap met zijn beide zoons, Jan Hendriks Bourman alias de Müller en Jan Hendriks Bourman (bron: schoutambt Vriezenveen inv. nr.23). Komt niet voor in de boterpachtregisters, maar wordt genoemd in een archiefstuk uit het jaar 1722 nav de aansprakelijkheid inzake schulden van wijlen zijn zoon Jan Henrixen Bour(man) alias de Muller. Ook zoon Jan Henrixen Bourman wordt voor de schulden aansprakelijk gesteld (Archief Huize Almelo inv. nr. 2959).
Mogelijk dat Jan Santboer ook de naam Boer gebruikte, evenals zoon Jan Hendriks die zich naast Santboer, ook wel Bour en Bourman noemt. Opvallend is dat 2 zonen ook de naam Mulder gebruiken. Te weten Klaas en de andere zoon Jan Hendriks die verder overigens doorgaans Boer wordt genoemd.
Wellicht genoemd in een rechtzaakdossier inzake nalatenschap van Jasper Gerrits Fox (AHA inv. nr.2981). Wordt genoemd in een extract van folio 4 van het Armenboek van het kerspel Vriezenveen. Hierin staat vermeld dat Jan Jansen Bour 15 gulden en 15 stuivers heeft gegeven aan de Armen van Vriezenveen vanwege zijn overleden vrouw d.d. 20-12-1682.
Op 16 juni 1714 daagt Roelof Engberts Smit Jan Santboer voor het gericht vanwege het niet betaalde arbeidsloon voor verrichte arbeid. Het gaat om een bedrag van 1 gulden en 12 stuivers (wellicht slaat dit op de zoon van Jan). (archief schoutambt Vriezenveen, inv. nr. 22).
Vader Jan Santboer wordt genoemd in een archiefstuk uit het jaar 1722 nav de aansprakelijkheid inzake schulden voor geleverde tuinzaden door Jan Cruis aan wijlen zoon Jan Henrixen Bour(man) alias de Muller. Ook broer Jan Henrixen Bourman wordt voor de schulden aansprakelijk gesteld (Archief Huize Almelo inv. nr. 2959). Het gezin telt dus 2 Jannen en zoiets is altijd verwarrend in de genealogie. Het lijkt erop dat hier sprake is geweest van een compagnonschap in tuinzaden, waarom zouden anders deze verwanten voor de schulden worden aangesproken? zie ook archief schoutambt Vriezenveen inv. nr.23). | Notities overlijden | nog vermeld in het hoofdgeldkohier van 1738, in 1739 niet meer vermeld in dit kohier. |
|