Notities persoon | schoenmaker(?) en woonachtig aan het Oosteinde in de buurt van het Schöppengoed (zie hieronder voor meer informatie). niet gevonden onder de naam Bramer in de boterpachtregisters, maar gezien zijn zoon, die wel onder de naam Bramer wordt genoemd in het boterpachtregister van 1632 , moet hij wel in Vriezenveen geleefd hebben, tenminste als de aanname van familielinken juist is (zie ook notities zoon Johan en vader Johan). Fenne, de waarschijnlijke moeder van Hindrick, wordt wel een aantal malen genoemd (o.a. 1583, 1587), ze moet dan al de weduwe zijn geweest van echtgenoot Johan Braemhaer. Ze moet dan weduwe zijn geweest van haar echtgenoot Johan Braemhaer of Bramhars. Vrouwen ontleenden in deze tijd hun patroniem aan de voornoem van hun (al dan niet overleden) echtgenoot.
In het verpondingsregister van 1601 is geen Bramer te vinden. De meest vermoedelijke bewoner van het "Schöppengoed" in dit register is in 1601 een zekere Wycher Albers geweest. Hij is waarschijnlijk een schoonzoon van Johan Braemhaer en daarmee een zwager van Hendrick Johans Braemhaer. Opvallend is dat voor een deel van het "Schöppengoed" de naam Wyger in 1657 weer voorkomt (zie notities zoon Johan Hindrix Bramer). Dit maakt de familielink nog waarschijnlijker. Wycher Alberts heeft in 1601 ca. 5 hectare bouwland, 6 heactare weiland en 6 hectare hooiland, een behoorlijk bezit voor die tijd. Verder had hij volgens het belangstingregister op vee van 1601, 3 paarden, 3 varkens, 21 schapen en 2 bijenkorven. Echt een grote boer voor deze tijd!
Mijn vermoeden is dat Hendrick Johans Bramer identiek is aan Hendrik Johans Schoemaker. Uit een overzicht van verkoop van landerijen tussen 1619 tot ca. 1635, opgesteld door de schout Barthold Jansen, ten behoeve van de juiste vastleggingen in de boterpachtregisters blijkt dat een zekere "Henderick Janß Schomaecker 2. acker int dorp gecofft buten den wegh gelegen van syn frouwen broeder, noch 1/2 acker bui= ten den wegh in de woeste". Mogelijk handelt het hier om Hendrik Jans of Johans Bramer gaat. In de nakomelingen van zoon Johan Hendrix Bramer zitten ook schoenmakers, oa Jan Wiggersen Bramer die later naar Amsterdam vertrok en aanvankelijk ook wel de familienaam Schoemaker droeg. Deze Henderick Janß Schomaecker moet ongeveer ter hoogte van het oude Schöppenerf hebben gewoond gezien zijn positie op de lijst van verkoop van landerijen na 1619 die op volgorde verloopt van oost naar west. Mogelijk is Hendrick Johans Braemhaer getrouwd geweest met een zoon van Wicher Alberts en niet zijn zoon Johan Hindrix ten Bramhar. Deze optie houd ik wel open. |
|