| Notities persoon | kerkmeester 1736 (bron: AHA 2767 foto 448).
1753 door de Vriezenveners als setter (belastinginner) aangesteld, door de Heer van Almelo door decreet van 5-3-1753 ongedaan gemaakt, het zou een illegale aanstelling betreffen zonder machtiging van de Heer van Almelo (AHA inv. nr. 2753).
Op 2 mei 1743 maken Frerik Jansen Feijer en zijn tweede echtgenote Hendrina Jansen de Jonge hun testament. Frerik benoemt tot zijn erfgenaam zijn moeder Hendrikje Berends ten Cate voor haar legitieme deel; mocht zijn echtgenote kinderloos blijven. Hendrikje moet dan al erg oud zijn.Verder is het een langstlevende testament. Gods armen worden verder nog bedacht met 50 car. guldens.
Frerik was in goede doen, zowel in het kohier van de 1.000e penning van 1734, als van 1739 staat hij met een geschat vermogen van 1.000 gulden te boek. In 1751 is dat nog steeds hetzelfde bedrag en in 1758 is het 950 gulden.
Op 19-08-1764 maken Frerick Faijer (enigszins zwak) en Hindrina Jansen de Jonge hun testament. Het is een testament op langstlevende. Specifiek wordt verder nog het volgende bepaald:
-een legaat van 300 gulden voor Fenneken Jansen
-het (kerk)boek met zilveren beslag aan Jan Gerrits en de kist die hij (testator) van wijlen zijn moeder had gekregen
-aan de armen 50 car. guldens
(bron: archief schoutambt Vriezenveen inv. nr. 2676).
als kerkmeester vermeld in het Rekenboek van de Diaconie van de Gerfeormeerde Kerk van Vriezenveen d.d. 21 maart 1736 naar aanleiding van de gift aan de Diaconie namens wijlen zijn vrouw "Aeltje Wichers Braemhaer" 100 gulden, waarvan 50 gulden voor de kerkmeesters, voor de armen en 50 gulden ten gunste van de Diaconiearmen. | | Notities overlijden | moet overleden zijn voor 14 mei 1770, want dan heet Hendrina Jansen de weduwe te zijn van Frederik Feijer (bron: archief schoutambt Vriezenveen, inv. nr. 2677). |
|