TERUG NAAR START
Jan Dercksen Hessen (ook Westert)
GeslachtMan
Leeftijd< 67 jaar
 
Geboren± 1625teVriezenveen
Overleden< 7-2-1692teVriezenveen
Vader Derck Jansen (Hessen?)
 Geboren ± 1585
 Overleden ± 1656
Moeder N.N. N.N.
 Geboren ± 1600
 
Zus  Hendrickjen
 
Huwelijk < 1661
 
metHendrikje N.N.
 Overleden> 1661
NotitiesJan Derksen Hessen (alias Westert en Schoemaker)
Was het katholieke geloof toegedaan. In 1661 wordt een reeks Vriezenveners beboet vanwege het feit dat ze een katholieke mis in Albergen hadden bezocht. Daarbij waren o.a. "Jan Dercksen Wester stijffsoon" en de vrouw van "Jan Dercksen op Hessenlant met namen Hendrickjen". Uit de informatie blijkt dat Jan Dercksen en/of zijn vrouw vanwege de informatie dat hij een stiefzoon had, meerdere huwelijkspartners moet hebben gehad. Ook blijkt dat de naam Hessen dus verbonden was aan een stuk land, waaraan Jan Dercks mogelijk zijn naam ontleende. Verderop in het breukboek blijkt dat de stiefzoon Hendrick Alberts heet. Dat betekent dat hij de zoon zal zijn van een eerdere echtgenoot van zijn vrouw Hendrickje, ofwel een zoon uit een eerder huwelijk van een eerdere echtgenote van Jan Dercks. (bron: AHA inv. nr. 3245).
Kinderen  Gerrit Jansen
Jennighjen
Notities persoonRK ook genoemd Wester Jan Derksen of ook Jan Derksen Westert (bron o.a.: AHA inv. nr. 3004)-foto2008-052c-127.

landbouwer, bezit 5 1/2 akker land aan het uiterste Westeinde (richting Wierden). Komt in het vuurstedengeldregister voor als Jan Hesse. Was één van de rijksten van Vriezenveen van zijn tijd. Had volgens het register van de 500e penning een geschat vermogen van 2.000 gulden en moest daarvoor 4 gulden belasting betalen. Daarmee behoorde Jan tot de 4 rijksten van het dorp. Alleen de predikant had een vermogen dat groter was namelijk 4.500 gulden.

Komt voor in een gerechtsdossier van Huize Almelo inzake het onrechtmatig schutten van beesten door Hendrik Frerix die hier niet toe gerechtigd zou zijn (1671) inv. nr. 3004). Uit dit dossier blijkt ook dat Jan Dercksen Hessen een zoon had genaamd Gerrit Jansen om wie de hele rechtzaak eigenlijk draait.
Jan wordt in 1690 nog genoemd in het boterpachtregister. Na hem neemt een Gerrit Jansen het erf over (in 1696 in het boterpachtregister genoemd) die zich ook Westert noemt (boterpachtregisters 1704 en 1705), ik ga er, zeker gezien de informatie van het eerder genoemde procesdossier, vanuit dat dit een zoon van Jan Dercks betreft. De naam Wester of Westert heeft ongetwijfeld met de lokatie van het boerenerf aan het westelijkste puntje van het Westeinde te maken. Zo komt de familienaam Oostert aan het andere uiteinde van Vriezenveen voor.

Jan Derksen wordt in elk geval al in het boterpachtregister van 1650 genoemd, hij heeft dan 4 akkers land. In 1649 betaalt hij de boterpacht vanwege (schoonvader? Henrik Harmsen). In 1657 staat bij zijn naam vermeld dat hij ook nog boterpacht verschuldigd is inzake een aandeel in de erven van Derk Jansen (zijn vader?) en Jan Wijchers. Derk Jansen woonde ergens op het middengedeelte van het Westeinde (ter hoogte van nummer 260). Dat zal waarschijnlijk het geboorte-erf van Jan Dercksen Hessen zijn geweest.

Voor 1650 is dit erf in bezit van Hendrick Hermsen (genoemd in het boterpachtregister van 1645), mogelijk de schoonvader van Jan Dercksen Westert. Hendrick Hermsen wordt al in het boterpachtregister van 1619 genoemd.

Was het katholieke geloof toegedaan. In 1661 wordt een reeks Vriezenveners beboet vanwege het feit dat ze een katholieke mis in Albergen hadden bezocht. Daarbij waren o.a. "Jan Dercksen Wester stijffsoon" en de vrouw van "Jan Dercksen op Hessenlant met namen Hendrickjen". Uit de informatie blijkt dat Jan Dercksen en/of zijn vrouw vanwege de informatie dat hij een stiefzoon had, meerdere huwelijkspartners moet hebben gehad. Ook blijkt dat de naam Hessen dus verbonden was aan een stuk land, waaraan Jan Dercks mogelijk zijn naam ontleende. Verderop in het breukboek blijkt dat de stiefzoon Hendrick Alberts heet. Dat betekent dat hij de zoon zal zijn van een eerdere echtgenoot van zijn vrouw Hendrickje, ofwel een zoon uit een eerder huwelijk van een eerdere echtgenote van Jan Dercks. (bron: AHA inv. nr. 3245).

Uit de apostilles van Huize Almelo komt naar voren dat Jan Derksen Hessen met zijn vrouw in mei 1667 gezorgd hadden voor een geestelijke om Claas Jansen Bramer, "sijnde een persoon van de ware gereformeerde religie " ziek en in stervensnood te bedde lag te verleiden tot het katholicisme. Het huisvesten van paapse geestelijken was bij placcaat verboden en kwam het echtpaar op een fikse boete van 600 gulden te staan, te verhogen met 25 % indien tegen de breuk in beroep wordt gegaan en de gerechtskosten (bron: AHA inv. nr. 2963). In het breukregister (bron: AHA inv. nr. 3245) valt op 19 oktober 1667 te lezen dat de boete uiteindelijk lager is uitgevallen en wel 300 gulden te betalen met midwinter 1667 en ook wordt hier gemeld dat Claas Bramer het ware geloof niet was afgevallen en de bekering tot het papendom dus mislukt was.